Veel toplanden hebben het moeilijk voor het EK. Duitsland, Portugal en Oranje stelden zaterdag teleur in de aanloop naar de Europese titelstrijd in Polen en Oekraïne en het scheelde niet veel of Frankrijk kon aan die lijst worden toegevoegd. In Valenciennes kwam de equipe van Laurent Blanc zondag met 2-0 achter tegen IJsland, maar dankzij een goede tweede helft werd het toch nog 3-2.

Frankrijk had duidelijk het betere van het spel, maar het was IJsland dat bij rust brutaal met 2-0 leidde. Dat kwam vooral door het goede optreden van Kolbeinn Sigthorsson. Na 27 minuten bereidde de Ajacied de 0-1 van Birkir Bjarnason voor, zeven minuten later tikte hijzelf de 0-2 binnen.

Na de doelwissel stelde Frankrijk orde op zaken. Na vijftig minuten maakte Mathieu Debuchy de aansluitingstreffer. Hij schoot in geheel vrijstaande positie binnen na een afgeslagen schot van Karim Benzema. In de laatste vijf minuten draaiden de Fransen de score vervolgens om. Olivier Giroud had daar met twee assists een groot aandeel in. De spits van landskampioen Montpellier HSC bediende Franck Ribéry (2-2) en Adil Rami (3-2), en zorgde er daarmee voor dat een Franse blamage uitbleef.

Mexico was met 2-0 te sterk voor Wales. De Nigris tekende voor beide doelpunten.