Het is Oranje niet gelukt om het Frankrijk moeilijk te maken. De ploeg van bondscoach Louis van Gaal verloor kansloos met 2-0 in Parijs. Die stand was voor rust al bereikt, dankzij treffers van Benzema en Matuidi. Oranje kreeg nauwelijks kansen en mocht van geluk spreken dat het bij 2-0 bleef. Jean-Paul Boëtius, Quincy Promes, Karim Rekik en Davy Klaassen zullen deze avond niet snel vergeten. Zij kregen allemaal speeltijd van Van Gaal en maakten hun debuut in Oranje.

In een uitverkocht Stade de France begon Oranje best aardig. Boëtius speelde met lef en ging zijn directe tegenstander Debuchy zelfs een paar keer voorbij, maar een echte kans leverde het niet op. Frankrijk werd langzaam maar zeker sterker en Benzema gaf een paar keer een waarschuwingsschot af. De aanvaller van Real Madrid zag een treffer wegens buitenspel afgekeurd worden, maar niet veel later zette hij de thuisploeg alsnog op voorsprong. Met een hard schot in de lange hoek versloeg hij Cillessen, die de bal eigenlijk had moeten stoppen. De doelman van Ajax raakte de bal nog net aan, maar kon de richting niet genoeg veranderen om een doelpunt te voorkomen. Een prachtige treffer, maar het was nog niet genoeg voor de Fransen.

De kansloze avond in Parijs heeft nogmaals bewezen dat het van cruciaal belang is dat de 'grote'  namen fit zijn op het WK. Zonder de inbreng van Robben heeft Oranje te weinig creativiteit voorin. Waarschijnlijk speelt Oranje over precies honderd dagen met een ander team tegen Spanje, maar duidelijk is wel dat Van Gaal niet heel veel opties heeft als een belangrijke speler wegvalt. De invalbeurt van Memphis Depay was overigens een lichtpuntje op deze voor Oranje teleurstellende avond. De brutale aanvaller was een van de weinige spelers van Nederland die voor wat vuurwerk zorgde.