Nogal wat voetbalvolgers fronsten hun wenkbrauwen toen Quincy Promes er in de zomer voor koos om FC Twente te verruilen voor Spartak Moskou. Maar wie dacht dat hij na zijn vertrek naar Rusland uit beeld zou raken, heeft het mis. Promes heeft een basisplek veroverd bij Spartak, speelt goed en is door bondscoach Guus Hiddink bij de Oranje-selectie gehaald. Promes neemt alles zoals het komt en geniet van het leven als voetballer, ook in Moskou. "Ik kom uit Amsterdam, bij FC Twente was ik ook al ver van huis. Dit is alleen iets verder."

Heel ingewikkeld hoeft het niet te zijn, vindt Promes. Natuurlijk hoorde hij ook de verhalen dat hij misschien uit beeld zou raken door zijn transfer van FC Twente naar Spartak Moskou, maar daar geloofde hij niets van. "Het is aan jezelf. Als je het goed doet bij je club, maakt het niet uit waar je speelt. En ik speel in een competitie die sterker is dan de Eredivisie, dat is zeker. Russische clubs doen het altijd goed in de Champions League, dat zegt wel iets. En Spartak is de grootste club van Rusland. Dit is voor mij een mooie stap, dat weet ik zeker."

Privéchauffeur van de club

Voor Promes is er eigenlijk niet zoveel veranderd ten opzichte van zijn tijd bij FC Twente, vindt hij. "Of ik het leven met vrienden en familie in Nederland mis? Ach, ik kom uit Amsterdam en toen ik bij FC Twente speelde, was ik dus ook al ver van huis. Dit is alleen iets verder. Het is maar drie uurtjes vliegen naar Moskou, dat valt best mee", zegt hij enthousiast.

Bij de club heeft Promes zijn draai gevonden. "Daar spreekt iedereen Engels, dat maakt het makkelijker voor me. Ik ben bij Spartak de jongste speler, dit is voor mij de beste leerschool. Er lopen spelers als Kim Kallström, met enorm veel ervaring. Daar kan ik alleen maar van leren." Veel tijd om een basisplaats te veroveren heeft hij niet nodig gehad. "Ik speel alles en lever mijn goals en assists. En zit nu dus bij Oranje, dat is voor mij een heel mooie bevestiging. Ik was positief verbaasd toen ik hoorde dat ik bij de selectie zat. Natuurlijk hield ik er een beetje rekening mee, voor mijn gevoel ben ik er klaar voor. Maar ik ben dolgelukkig dat ik hier mag zijn."

"Het is mijn werk, hè"

Het werkwoord 'mogen', zoals in de laatste zin over Oranje, neemt Promes vaak in de mond. Hij vindt het prachtig dat hij voetballer 'mag zijn', zo voelt hij het. Vraag hem naar de nadelen van voetballen in Rusland, en hij omarmt het als voordelen. "De lange reistijden voor uitwedstrijden in de competitie? Ach, dat valt best mee. De langste reis is twee uur vliegen. En ik vind vliegen juist wel leuk, het is weer eens wat anders dan met de bus. En het hoort erbij hier. Het klopt dat ik nu langer van huis ben voor uitwedstrijden, maar het is mijn werk hè? Ik vind het eigenlijk wel lekker. Kan ik mezelf goed op de wedstrijd focussen. Het is maar hoe je er tegenaan kijkt."

"Logisch dat ik niet naar WK ging"

Als hij zo doorgaat, zo is de overtuiging van Promes, komt hij vanzelf wel een keer op een WK terecht. En een EK, hopelijk al dat van 2016. Na de uitglijder in de eerste kwalificatiewedstrijd tegen Tsjechië hoopt Oranje vandaag (vrijdag) tegen Kazachstan een eerste stap richting dat toernooi te kunnen zetten. "We willen het land weer trots maken. En als ik daar mijn steentje aan bij kan dragen, zal ik dat met heel mijn hart doen."

Door: Roland Mather