Als het aan Feyenoord ligt, dan worden kunstgrasvelden uit de Eredivisie verbannen. De Rotterdammers dienen volgende maand tijdens de algemene vergadering betaald voetbal een voorstel over dit onderwerp in. "We hebben gemerkt dat er steeds meer voorstanders zijn van het voetballen op natuurgras."

"Het zou mooi zijn als de Eredivisie ervoor kiest om niet meer op kunstgras te spelen", laat technisch directeur Martin van Geel optekenen in AD Sportwereld. Hij ziet met lede ogen aan dat het aantal clubs dat op kunstgras speelt toeneemt. Inmiddels maken zes van de achttien eredivisieclubs gebruik van een kunstgrasveld. De KNVB stelt dat er alleen een verbod op kunstgras kan komen als de wedstrijdreglementen worden aangepast. Hiervoor is een meerderheid nodig van alle clubs in het betaalde voetbal, dus ook die in de Jupiler League.

Clubs kiezen vaak vanwege financiële redenen voor kunstgras. Feyenoord stelt daarom voor om de velden collectief in te kopen, waardoor de barrière voor clubs minder groot wordt om op echt gras te (blijven) spelen. De club uit Rotterdam-Zuid denkt aan een overgangsperiode van twee jaar en het invoeren van een goed gevulde 'solidariteitspot', een fonds waarmee clubs geholpen kunnen worden om weer natuurgras aan te leggen in hun stadions.

"Wij vinden dat als je betaald voetbal speelt, er prioriteiten moeten worden gesteld", zegt Van Geel. "Dan nemen die clubs bijvoorbeeld maar een of twee spelers minder onder contract", besluit de technisch directeur van Feyenoord. De Rotterdamse club staat zelf bekend als de club met een van de beste velden van Nederland.