Voor het eerst sinds 1987 is er een voetballer uitgeroepen tot Sportman van het jaar. Arjen Robben ging dinsdag bij het NOS NOC*NSF Sportgala in Amsterdam met de eretitel aan de haal. Vorig jaar behoorde de aanvaller van Oranje en Bayern München ook al tot de genomineerden, maar werd toen afgetroefd door turner Epke Zonderland.

Robben was niet bij het gala aanwezig omdat hij eerder op de avond met Bayern München speelde tegen SC Freiburg. De aanvaller legde met een treffer in de 41ste minuut de basis voor een 2-0 zege. Wel verscheen Robben, die een groot aandeel had in de bronzen medaille van Oranje op het WK in Brazilië van afgelopen zomer, op een groot videoscherm in de zaal met een replica van de Jaap Eden Award. Zijn vader kreeg uit handen van Ruud Gullit, de laatste voetballer die werd verkozen tot Sportman van het jaar, het origineel.

"Fantastisch, ik ben heel trots op deze trofee", zei Robben. Hij liet Jorrit Bergsma, Sven Kramer, Stefan Groothuis, Michel Mulder (allen schaatsen), Jeroen Dubbeldam (paardensport) en Zonderland achter zich. "Ik had dit niet verwacht, met concurrentie van al deze geweldige topsporters. Een diepe buiging voor de prestaties in het afgelopen jaar. En dat je dan mag winnen, dat zorgt voor niets anders dan trots. Helemaal te gek."

De voetballerij viel behoorlijk in de prijzen bij het sportgala. Louis van Gaal en het Nederlands elftal werden onderscheiden als respectievelijk beste sportcoach en -ploeg, terwijl de nu al legendarische kopbal van Robin van Persie in de WK-wedstrijd van Oranje tegen Spanje werd gekozen als mooiste sportmoment van 2014.

Robben is pas de vierde voetballer die de Sportman van het jaar-award wint. Naast Gullit werden Abe Lenstra (1951 en 1952) en Johan Cruijff (1973 en 1974) op deze manier in het zonnetje gezet.