Met de kennis van nu had Guus Hiddink niets veranderd aan zijn tactiek en opstelling in de EK-kwalificatiewedstrijd tegen Turkije (1-1). Dat liet de bondscoach maandag, desgevraagd, weten. Hiddink was eigenlijk best tevreden over de manier waarop zijn ploeg zaterdag in de ArenA speelde.

In de media was de kritiek op Hiddink niet mals na de wedstrijd tegen de Turken, maar dat is volledig langs de ervaren bondscoach heen gegaan. "Ik ben niet in staat geweest om de kranten te lezen. Vanochtend ben ik lekker gaan trainen. Dus wat er in de kranten stond, weet ik niet", sprak hij maandag in Noordwijk.

Op de vraag of hij, achteraf gezien, iets anders had willen doen tegen Turkije is zijn antwoord helder. "Nee, dan had ik alles hetzelfde gedaan. Ik heb de wedstrijd namelijk nog eens teruggekeken. Jullie ook neem ik aan, als jullie jezelf enigszins serieus nemen", sneerde hij richting de aanwezige journalisten in Huis ter Duin.

"Maar ik kwam tot de conclusie dat Turkije in de eerste helft twee goede kansen kreeg, een derde leidde tot de goal. Daar tegenover stonden twee goede mogelijkheden voor ons, via Depay. In de tweede helft kan ik me geen kans voor de Turken voor de geest halen, terwijl wij in de slotfase wel zeker drie goede kansen kregen. Onze conclusie was, op basis daarvan, dat we het niet anders hadden willen doen", aldus de coach. Ook de beslissing om de starten met Ibrahim Afellay, Nigel de Jong en Gregory van der Wiel was juist, vindt hij.

Dinsdag speelt Oranje een oefenwedstrijd tegen Spanje, een loodzware tegenstander. De suggestie dat dit duel de druk op zijn positie flink kan vergroten, de kans op een nederlaag is namelijk vrij groot, wijst Hiddink van de hand. "Dat zie ik anders. Deze wedstrijd staat los van de resultaten in de EK-kwalificatie", vindt hij.