Profvoetballers krijgen relatief vaak te maken met depressieve verschijnselen. Uit onderzoek van spelersvakbond FIFPro blijkt dat meer dan een derde last heeft van mentale problemen. Dit is vooral het geval als spelers kampen met een ernstige blessure.

De cijfers wijzen uit dat profvoetballers vaker depressief zijn dan een gemiddelde burger. In Nederland bijvoorbeeld komt depressie voor bij zeventien procent van de bevolking. In totaal zijn 826 profs en oud-profs onderzocht, afkomstig uit elf verschillende landen. Het onderzoek stond onder leiding van de wetenschappers Vincent Gouttebarge, zelf een oud-voetbalprof, en Gino Kerkhoffs, die zijn verbonden aan het AMC.

Van de 607 profs die nog actief zijn, heeft 38 procent wel eens last gehad van depressieve verschijnselen. Van de 219 oud-profs ligt dat percentage op 35 procent. Uit de studie komt naar voren dat spelers die drie of meer zware blessures moesten doorstaan in hun carrière, vier keer zoveel psychische problemen rapporteerden. De symptomen varieerden van sombere buien en angsten tot slaap- en alcoholproblemen.

De bevindingen wijzen volgens het team van Gouttebarge uit dat de problemen ernstiger zijn dan gedacht. De onderzoeksleider hoopt dat de clubs meer aandacht gaan besteden aan het probleem.