Drie keer op rij slaagde Ajax er niet in om een competitiewedstrijd in Gelredome te winnen, maar zondag was het eindelijk weer eens raak voor de Amsterdammers. Tegen Vitesse wist de ploeg van coach Frank de Boer een 1-0 achterstand om te buigen in een 1-3 overwinning. Na de openingstreffer van Qazaishvili scoorden Fischer, Bazoer en invaller Schöne in de laatste twintig minuten namens Ajax.

In Arnhem stond zondag de meest scorende ploeg van de Eredivisie na negen wedstrijden tegenover de minst gepasseerde defensie van de competitie. Vitesse had tot dit weekend al 22 keer weten te scoren. In de afgelopen twee duels (1-5 tegen PEC Zwolle, 5-0 tegen FC Groningen) trof de ploeg van coach Peter Bosz, die overigens geschorst was tegen Ajax, zelfs tien keer het doel. Tegenstander Ajax hoefde, op zijn beurt, pas vier keer de bal uit het net te vissen. In zeven van de negen duels hielden de Amsterdammers achterin de nul.

Onterecht was de voorsprong niet te noemen, want Ajax liet in het eerste uur van de wedstrijd te weinig zien om zelf aanspraak te maken op een voorsprong. De enige echte kans op de 0-1 kreeg Riechedly Bazoer, op aangeven van Amin Younes, maar de middenvelder kreeg de bal niet langs Vitesse-keeper Eloy Room. Aan de andere kant had Denys Oliinyik kunnen scoren namens het beter voetballende Vitesse, maar redde Jasper Cillessen. Verder verliep de wedstrijd tussen de nummers één en vijf van de ranglijst, tot de 1-0 van Qazashvili, teleurstellend. Dat veranderde echter toen de score geopend werd.

Vitesse en Ajax maakten er vervolgens een heerlijke slotfase van. De thuisploeg zette alles op alles voor een puntje, Ajax bleef loeren op de beslissende derde goal. Die viel ook, vier minuten voor tijd. Invaller en debutant Sam Hendriks gaf vanaf rechts een piekfijne voorzet op Schöne, die het duel zo definitief besliste.