Op het EK in Frankrijk zijn voorlopig geen gevallen van dopinggebruik vastgesteld. Alle 1818 uitgevoerde testen zijn volgens de UEFA negatief uitgevallen. Alle 24 deelnemende teams zijn gedurende het toernooi bezocht en gecontroleerd door antidopingbureaus.

Elke wedstrijd moeten twee internationals van beide teams na afloop langs bij de dopingcontroleurs, waarbij wordt gekeken naar urine en bloed. De dopingmonsters worden daarna onderzocht in een laboratorium in de buurt van Parijs.

Het antidopingprogramma kost de de Europese voetbalbond ongeveer een miljoen euro. De dopingmonsters worden een aantal jaren bewaard.