Liefhebbers van Engels voetbal werden zaterdag verwend. Na de fraaie Manchester Derby tussen United en City (1-2) in de middag stond er voor de avond nog een mooi affiche gepland. Liverpool kreeg op Anfield visite van landskampioen Leicester City. De ploeg van manager Jürgen Klopp won met ruime cijfers, het werd 4-1 voor The Reds.

Daardoor heeft Leicester City na vijf speeldagen pas één overwinning. Met vier punten staan The Foxes, op doelsaldo, op de vijftiende plaats. Liverpool is met drie punten meer, eveneens op basis van de doelcijfers, de voorlopige nummer vijf van de Premier League.

Liverpool leidde na een half uur al met 2-0 tegen Leicester. Roberto Firmino opende in de dertiende minuut de score en ruim een kwartier later tekende Sadio Mané voor de 2-0. Laatstgenoemde trof doel na een fraaie aanval, met onder meer een hakje van Daniel Sturridge. Er leek geen vuiltje aan de lucht voor Liverpool, maar zeven minuten voor de pauze kwam Leicester City terug in de wedstrijd na geklungel van Lucas Leiva. De Braziliaanse verdediger van Liverpool legde de bal zo breed op Jamie Vardy, die koel bleef en er 2-1 van maakte.

Een ommekeer zat er echter niet in. Tien minuten na de doelwissel bracht Adam Lallana de marge weer op twee voor Liverpool. Dat deed hij met een vlammend schot, na een pass van Georginio Wijnaldum. In de voorlaatste minuut van de reguliere speeltijd counterde Liverpool ook nog naar de 4-1. Firmino was daar op aangeven van Mané verantwoordelijk voor.