Omdat de prijzen in Europa steeds meer de pan uit rijzen, richt Ajax zijn vizier in de scouting steeds vaker op andere continenten. Directeur voetbalzaken Marc Overmars stelt dat de vijver van Zuid-Amerika op dit moment het aantrekkelijkst is om spelers uit te hengelen.

Ajax deed de laatste jaren veel zaken met clubs uit Scandinavië, maar dat is momenteel een stuk lastiger. "De grote clubs pakken alles. Alleen als we heel snel handelen, kunnen we nog echte jeugdige kwaliteit binnenhalen", zegt Overmars in een groot interview met Telesport.

En dat terwijl Ajax in het afgelopen decennium meerdere malen succesvol was in Scandinavië. "We kochten Christian Eriksen voor 1,5 miljoen euro, Viktor Fischer voor 1,2. Maar die tijd is voorbij. We hadden in een heel vroeg stadium interesse in Emre Mor (voor 5 miljoen euro naar Borussia Dortmund, red.). Maar hij was onhaalbaar, omdat de top er al achteraan zat. In Zweden loopt een 17-jarige spits. Die haal je niet eens meer voor 8 miljoen", aldus Overmars.

De voetbalwereld en de bijbehorende markt veranderen, constateert Overmars. "Ik heb laatst een gedegen onderzoek gezien. En dan zitten wij qua voetbalbudget ver onder Getafe en Celta de Vigo. Daar schrok ik van", aldus de Ajax-directeur. Dat maakt het voor de Amsterdammers aantrekkelijker om meer te scouten in Zuid-Amerika, waar afgelopen zomer al twee spelers vandaan gehaald werden. "Daar heb je in een paar landen een goede prijs-kwaliteitverhouding. Voor Mateo Cassierra en Davinson Sanchez hebben we circa 5 miljoen euro betaald. En dat is voor zulke spelers acceptabel."