Mark-Jan Fledderus staat al bijna vijf maanden aan de kant bij Heracles Almelo, nadat hij tijdens de uitwedstrijd bij Excelsior zijn achterste kruisband scheurde. Sinds deze week heeft de middenvelder de belasting weer wat opgeschroefd. Hij traint nu twee dagen mee met zijn ploeggenoten, al kan hij nog altijd geen datum op zijn rentree plakken.

"Op maandag en dinsdag ben ik weer op de club. Van woensdag tot en met vrijdag werk ik in Zeist nog aan mijn herstel", vertelt de linkspoot op de clubwebsite. "Hoe het nu over het algemeen gaat? Eigenlijk heel goed. Het staat er goed voor."

Het herstelproces van Fledderus gaat in stapjes. "De afgelopen weken trainde ik hier in Almelo al met de fysiotherapeuten van de club. Vorige week ben ik voorzichtig begonnen met het hervatten van de groepstraining. Warming-up, de kleinere oefeningen als sprintjes trekken, dat soort dingen. Alles buiten persoonlijke duels en de partijvormen om eigenlijk. Ik merk dat ik hier zonder problemen aan mee kan doen. Maar om precies te kijken hoe mijn lichaam hierop reageert, wordt dat op het KNVB Sportmedisch Centrum gemonitord."

Toch is het voor Fledderus af en toe wel lastig om af te reizen naar Zeist. "In Zeist ben je geblesseerd, hier in Almelo ben je gewoon een van de jongens. Het is nog half, maar ik begin me alweer een beetje meer voetballer te voelen."

Een belangrijk werkpunt is het terugwinnen van de kracht in zijn linkerbeen. "Pas later in de revalidatie mocht ik mijn linkerbeen gaan belasten. Sowieso droeg ik daar de eerste weken een brace, dan neemt de spierkracht snel af. In Zeist train ik veel op explosiviteit om die spieren weer op te trainen. In combinatie met de trainingen op de club merk ik dat het met stapjes vooruitgaat."