In een wedstrijd die eigenlijk nooit een wedstrijd was, heeft Ajax de KNVB beker binnengesleept. Na de 2-0 zege in de ArenA won Ajax in Rotterdam met 1-4. De beslissing viel al na drie minuten, toen Luis Suarez de score opende. Voor Ajax betekent dit de eerste hoofdprijs sinds 2007, toen het eveneens de beker won.

Zelden zal een bekerfinale zo weinig spanning hebben gehad, als de editie van dit seizoen. Het feit dat de finale over twee duels uitgesmeerd werd en in beide duels door dezelfdeploeg heel snel gescoord werd, zorgde voor 180 minuten slaapverwekkend voetbal. Tijdens de heenwedstrijd in de ArenA stond het al zeven minuten al 2-0 en vond Ajax het verder wel prima, wetende dat één doelpunt tijdens de return Feyenoord al voor een schier onmogelijke opdracht zou stellen.

Niet veel later viel de treffer aan de andere kant. Siem de Jong zorgde voor 0-2, na een prima combinatie met Demy de Zeeuw. Vlak daarvoor had ook Luis Suarez kunnen scoren, maar de Uruguayaan mikte over. Treffers van Tomasson, een intikker na een prachtige vrije trap van De Guzman via de lat en paal terug het veld in gestuiterd was, en nogmaals De Jong en Suarez bepaalden de eindstand op 1-4. De Jong bracht hiermee zijn totale productie in deze dubbele bekerfinale op vier, nadat hij ook al twee keer scoorde in de heenwedstrijd in Amsterdam.