Manchester United heeft dinsdagavond in de jacht op de Engelse voetbaltitel geen fout gemaakt. De koploper van de Premier League won op Old Trafford zonder al te veel moeite van Aston Villa: 3-1. Wayne Rooney scoorde tweemaal.

Arsenal bleef tweede op vijf punten. De Londense club liet zich thuis niet verrassen door Everton, maar kon pas in de slotfase voorkomen dat de ploeg uit Liverpool met de buit zou vertrekken: 2-1. De winnende treffer kwam een kwartier voor tijd op naam van Laurent Koscielny. Hij kopte raak op aangeven van Robin van Persie.

Edwin van der Sar kon in het doel van de Mancunians al na één minuut de armen in de lucht steken om de openingstreffer te vieren. Zijn verre trap belandde bij Rooney, die meteen fraai raak knalde. Eén minuut voor rust maakte de spits er ook 2-0 van. Na een uur deed Darren Bent iets terug maar spannend werd het er niet van. Nemanja Vidic besliste het duel weinig later.

Arsenal keek voor eigen publiek lang tegen een achterstand aan. De openingstreffer kwam halverwege de eerste helft op naam van Luis Saha en geurde sterk naar buitenspel. De Londenaren, met Van Persie en Cesc Fabregas als dreigende spitsen, drongen uiteraard sterk aan, maar onder anderen international John Heitinga organiseerde de defensie van de bezoekers uitstekend.

Sunderland kwam al na vier minuten op voorsprong door Philip Bardsley. De reactie namens Chelsea kwam van Frank Lampard (strafschop) en oud-Feyenoorder Salomon Kalou. Kieran Richardson maakte echter weer gelijk. Toen waren er pas 25 minuten verstreken.

Boudewijn Zenden ontbrak bij Sunderland. De Nederlandse routinier raakte tijdens de training geblesseerd aan een knie. Mede daardoor kon de Afrikaanse aanwinst Stéphane Sessegnon, afkomstig uit Benin en overgekomen van Paris Saint-Germain, debuteren. Bij Chelsea bleef Jeffrey Bruma reserve.

Onderin schoot Wigan Athletic weinig op met de 2-2 tegen West Bromwich Albion. Oud-Utrecht-spits Marc-Antoine Fortuné bezorgde de thuisclub tien minuten voor tijd als invaller een punt. Wigan, met Ronnie Stam als bankzitter, ging met een voorsprong van 2-1 de rust in.