Borussia Dortmund leek zaterdag in de wedstrijd bij hekkensluiter SpVgg Greuther Fürth op weg naar een monsterscore, maar moest uiteindelijk genoegen nemen met een overwinning van ‘slechts’ 6-1. De ploeg van Jürgen Klopp leidde bij rust met 5-0 door goals van Mario Götze (2), Ilkay Gündogan (2) en Jakub Blaszczykowski, maar in de tweede helft stokte de productie van de geel-zwarte formatie.

Edgar Prib maakte voor Greuther Fürth in de 70e minuut zelfs een tegentreffer. Uiteindelijk zorgde Robert Lewandowski voor het zesde doelpunt van Dortmund, dat dinsdag nog miraculeus ontsnapte in de kwartfinale van de Champions League tegen Málaga.

Door de overwinning verstevigt Dortmund met 58 punten de tweede plaats ten opzichte van Bayer Leverkusen (49), dat later op zaterdag tegen Schalke 04 speelt.

Rafael van der Vaart boekte met Hamburger SV een belangrijke zege bij FSV Mainz in de strijd om kwalificatie voor Europees voetbal: 1-2. De Nederlandse aanvoerder van de Hamburgse equipe leverde na een uur spelen de beslissende pass bij de openingstreffer van de Koreaan Son Heung-min, die later met nog een doelpunt de zege veilig leek te stellen. Toch deed Mainz vlak voor tijd wat terug via Shawn Parker, maar HSV hield in de laatste minuten stand.

Door de overwinning stijgt HSV naar de achtste plek met 41 punten, twee plaatsen verwijderd van Europa League-kwalificatie. Concurrenten Eintracht Frankfurt en Borussia Mönchengladbach komen zondag in actie. Mainz blijft in de achtervolging met 39 punten.