FC Barcelona heeft de vierde wedstrijd van het seizoen ook winnend afgesloten. Nadat Barça tot dusver wist te winnen van Levante, Malaga en Valencia, wisten de Catalanen Sevilla FC op zaterdagavond ook aan de zegekar te binden: 3-2. De overwinning vond op het nippertje plaats, aangezien de verlossende treffer van invaller Alexis Sanchez pas in de laatste seconde tot stand kwam.

In Camp Nou begon zowel Lionel Messi als Neymar in de basisformatie van Barça. De ploeg van Gerardo ‘Tata’ Martino zag Jordi Alba geblesseerd afhaken na een kwartier spelen, waardoor Adriano zich al vroeg kon opmaken voor een invalbeurt. Nadat Sevilla al vroeg drie gele kaarten aan zich getoond zag worden, maakte oud-Sevilla speler Daniel Alves de openingstreffer voor de Catalanen. Dit was het enige doelpunt voor de rust.

Nadat Sánchez voor Cristian Tello kwam en Andrés Iniesta plaatsmaakte voor Cesc Fàbregas, maakte Messi er 2-0 van in het voordeel van Barça. Dan lijkt de wedstrijd gespeeld, maar daar dacht Ivan Rakitic anders over. De Kroaat maakte er 2-1 van en zag tot veler verrassing dat zijn ploeggenoot Coke de gelijkmaker wist te maken voor Sevilla.

De wedstrijd leek zodoende op een 2-2 gelijkspel af te stevenen, waar het niet dat Barcelona diep in blessuretijd nog met de overwinning aan de haal ging. Invaller Sánchez wist van een klutsbal te profiteren en de Catalanen naar een overwinning te schieten. Na afloop was er sprake van veel onvrede bij het kamp van Sevilla, aangezien zij het niet eens waren met een beslissing van de arbiter van dienst. De scheidsrechter keurde een treffer van Sevilla om onduidelijke redenen af.