Voor de 33ste keer in de clubgeschiedenis, en voor de vierde maal op rij, is Ajax kampioen van Nederland geworden. De ploeg van coach Frank de Boer stelde de landstitel veilig door met 1-1 gelijk te spelen tegen Heracles Almelo. Dat ene puntje was voor de Amsterdammers precies genoeg om het titelfeest te kunnen vieren, maar ook de thuisploeg had reden tot juichen. Heracles is namelijk zeker van lijfsbehoud in de Eredivisie. Beide teams speelden om die reden in de laatste minuten van de wedstrijd de bal tevreden rond, zonder op zoek te gaan naar een winnend doelpunt.

Twee keer eerder begon Ajax dit seizoen al aan een wedstrijd, in de wetenschap dat het negentig minuten later kampioen van Nederland kon zijn. Drie weken geleden, uit bij Vitesse, kon het alleen lukken als het zelf zou winnen en concurrent Feyenoord punten zou morsen. Dat gebeurde niet en omdat de rivaal uit Rotterdam een week later ook weigerde mee te werken, was Ajax na de thuiszege op ADO Den Haag nog altijd geen kampioen. Het moest dus op de voorlaatste speeldag gebeuren, in Almelo.

De opdracht was dus duidelijk en relatief eenvoudig, maar door de zeperd van vorige week in de bekerfinale tegen PEC Zwolle (5-1) stond er flink wat druk op Ajax. Tegen Zwolle had de ploeg ook een prijs voor het grijpen, maar faalde het op alle fronten. Dat sterkte Heracles, dat nog niet helemaal zeker was van lijfsbehoud, ongetwijfeld in de gedachte dat een stunt mogelijk was.

Zo pover als tegen Zwolle speelde Ajax in Almelo niet, maar echt overtuigend kon het optreden van de ploeg in het Polman Stadion niet genoemd worden. Lasse Schöne zette de ploeg met een fraaie vrije trap onderkant lat rap op voorsprong, maar Heraclied Simon Cziommer bewees tien minuten later hetzelfde kunstje te beheersen. Ook hij schoot een vrije trap tegen de touwen, wat leidde tot een 1-1 stand na 45 minuten. Over die score mocht Ajax niet eens mopperen, want de beste kans van de wedstrijd was voor Heracles-spits Mark Uth. Hij stuitte, bij een stand van 1-1, op Ajax-keeper Jasper Cillessen. Ook na rust was Heracles gevaarlijk en ditmaal was het Mikhail Rosheuvel die de 2-1 op zijn schoen had, maar opnieuw voorkwam Cillessen een doelpunt.

Die wetenschap leek halverwege de tweede helft door te dringen tot beide teams. Vol op de aanval speelden de twee elftallen niet meer en naarmate de negentigste minuut naderde, leken ook de supporters in Almelo zich allemaal wel verzoend te hebben met een puntendeling. Ajax had wat het wilde, namelijk de landstitel, en Heracles ook. Soms kan een gelijkspel twee winnaars opleveren.