Juventus is ontsnapt aan een nieuw teleurstellend resultaat in de Serie A. De ploeg van coach Massimiliano Allegri leek zaterdag in de thuiswedstrijd tegen stadgenoot Torino voor de zevende keer in elf wedstrijden niet tot winst te komen, maar door een goal van Juan Cuadrado in blessuretijd trok Juve de winst in de Derby delle Mole alsnog naar zich toe: 2-1.

Juventus was in de afgelopen vier seizoenen telkens overtuigend de baas in de Serie A, maar deed afgelopen zomer met het vertrek van onder meer Arturo Vidal, Andrea Pirlo en Carlos Tevez een flinke jas aan kwaliteit uit. De vervangers zijn vooralsnog niet in staat de grootmacht uit Turijn bij de hand te nemen. Na tien speeldagen stond Juventus met slechts twaalf punten anoniem in de middenmoot van de Serie A, op elf punten van koploper AS Roma.

Ook tegen Torino leek Juventus niet tot winst te gaan komen, al was het begin nog aardig. Door een fraai afstandsschot van Paul Pogba kwam de thuisploeg in de negentiende minuut op voorsprong. Juventus kon echter niet doordrukken, met de gelijkmaker van Cesare Bovo in de 51ste minuut tot gevolg. Een vrije trap van de Torino-verdediger was in eerste instantie nog ongevaarlijk, maar in de rebound schoot hij overtuigend binnen.

Juventus mocht daarna van geluk spreken dat Torino niet de leiding nam. Torino-verdediger Kamil Glik kreeg twee goede kansen, maar Gianluigi Buffon verrichtte in beide gevallen een puike redding. In de slotfase was Juventus via Leonardo Bonucci dicht bij de 2-1, maar de verdediger raakte de lat. Door een goal van Juan Cuadrado in blessuretijd bleven de drie punten uiteindelijk toch in het Juventus Stadium, de huurling van Chelsea tikte een voorzet van Alex Sandro binnen.

Juventus heeft nu vijftien punten, evenveel als Torino. Beide ploegen staan daarmee samen met Sampdoria, dat maandag nog bij Chievo Verona op bezoek gaat, op de negende plaats in de Serie A.