Luuk de Jong, Bas Dost, Klaas-Jan Huntelaar en Robin van Persie. Het zijn allemaal spitsen die op dit moment Vincent Janssen voor zich moeten dulden in de hiërarchie bij het Nederlands elftal. De AZ'er is hard op weg om de nummer één spits van Oranje te worden en onderstreepte dat nog maar eens tegen Polen (1-2 winst). In Gdansk speelde de goaltjesdief niet alleen een aardige wedstrijd, hij was met een kopbal ook goed voor de 0-1.

Janssen trekt de lijn van zijn 27 eredivisiedoelpunten in het shirt van AZ door bij Oranje. Dat doet hem goed. "Het is fijn om het vertrouwen te krijgen en dat probeer ik uit te betalen in doelpunten", zegt Jansen bij de NOS. Eerder was hij op Wembley tegen Engeland al beslissend voor Oranje, dat toen ook met 1-2 won.

Afgelopen vrijdag kwam Janssen niet aan bod tegen Ierland (1-1), maar tegen Polen was het dus wel raak. "Het ging in ieder geval een stuk beter dan vrijdag tegen Ierland", vergelijkt de spits na het duel in Gdansk. "Toen speelden we allemaal slecht, ik ook. Vrijdag was klote. Ik kreeg heel weinig de bal. Nu werd ik goed benut via de kaats."

Bondscoach Danny Blind is onder de indruk van de wijze waarop Janssen zich aandient. "Hij heeft veel waarde voor het team, maakt veel meters, is aanspeelbaar en is gevaarlijk voor de goal. Hij is veelzijdig en kan alleen nog maar veelzijdiger en beter worden", aldus Blind, die Janssen nog niet de nummer één spits wil noemen. "Ik pin me niet vast op dingen. Maar iedereen ziet hoe hij zich manifesteert. Het ziet er goed uit, maar ik heb achter hem ook mogelijkheden met Bas Dost en Luuk de Jong."