Porto-Juventus was, naast één van de achtste finales in de Champions League, op voorhand een duel tussen twee keeperlegendes: Iker Casillas en Gianluigi Buffon. Toch was er een andere speler die al in het eerste bedrijf zijn stempel op de ontmoeting drukte: Alex Telles. Met twee zéér pittige overtredingen binnen een minuut kon de Braziliaan al binnen het half uur inrukken. Juventus had daarna weinig te duchten van Porto, al werd dat op het scorebord pas laat tot uiting gebracht: 0-2.

Die laatste overtreding van Telles was er een te veel. Telles mocht van geluk spreken dat arbiter Felix Brych hem niet al na de eerste overtreding, een schandalige charge op Juventus-speler Juan Cuadrado, naar de catacomben verwees. Waarom de Braziliaan figuurlijk, maar enkele minuten later in het kleedlokaal vermoedelijk ook letterlijk, ineens zo uit zijn slof schoot? Niemand die daar een zinnig antwoord op zal kunnen geven.

In het eerste half uur ging het duel tussen de nummer twee van Portugal en de ongenaakbare koploper in Italië namelijk redelijk gelijk op en was het vooral niet overdreven pittig, iets waar Telles dus tijdelijk verandering in bracht. Juventus had tot die tijd een licht overwicht, maar tot echte kansen leidde dat niet. Sterker nog: Yacine Brahimi schoot namens de thuisploeg een vrije trap na een kleine tien minuten vanuit kansrijke positie over het doel van Buffon.

Aan de andere kant kreeg Paulo Dybala een vrije schietkans, maar de timing van de Argentijn was wat ongelukkig. Toen Juventus de nummerieke meerderheid kreeg werd de dreiging plotseling serieuzer. Porto werd vastgezet op eigen helft en de Italianen probeerden het Casillas lastig te maken. Zo kwam Gonzalo Higuaín eerst een teenlengte tekort om de bal in gevaarlijke positie aan te nemen, en testten Miralem Pjanic en Higuaín even later het doel van de Spanjaard in Portugese dienst; beiden zonder succes.

Op slag van rust was Dybala het dichtst bij de openingstreffer. Op aangeven van Cuadrado volgde een hard schot vanaf ruim twintig meter. Casillas was kansloos, maar de paal zorgde ervoor dat de thuisploeg niet met een achterstand de rust in ging.

De kansenregen in het laatste kwartier van de eerste helft stokte na de theepauze. Porto gooide alles op de 0-0 en had aanvallend nauwelijks meer iets te zeggen, maar zorgde er aan de andere kant van het veld wel voor dat het de poorten aanvankelijk gesloten hield. Juventus probeerde er voetballend doorheen te komen, maar de Portugese verdediging stond als een huis en gaf weinig weg.

Juist op het moment dat de frustratie bij de Italianen toe leek te nemen en Porto steeds meer het maximaal haalbare, een gelijkspel, mocht hopen, lukte het invaller Marko Pjaca dan toch om het net te vinden. De vleugelspeler kreeg de bal in de zestien per toeval voor de voeten, maar schoot zonder na te denken hard raak: 0-1.

Twee minuten later was het helemaal gedaan met de thuisploeg. Alex Sandro legde een bal over alles en iedereen in de zestien heen en bereikte Dani Alves bij de tweede paal. De Braziliaanse back nam de bal op de borst aan en gaf Casillas vervolgens het nakijken met een schot in de lange hoek. Het duel werd vervolgens plichtmatig uitgespeeld door de Italianen, die daarmee met anderhalf been in de kwartfinale staan. Porto heeft in de return de kans om het vege lijf te redden, al is vanavond wel gebleken dat het dan wel essentieel is dat de Dragões de gehele wedstrijd over elf spelers kunnen beschikken.