Arber Zeneli is een van de namen die bij het openen van de transfermarkt hoog op de lijstjes staat van verschillende clubs. Het contract van de Kosovaar loopt na dit seizoen af en de contractverlengingsoptie is voor sc Heerenveen zeer prijzig. Daarom is de kans aanzienlijk dat de buitenspeler nog deze transferwindow vertrekt en juist over zijn toekomstplannen en dromen sprak FCUpdate.nl eind december met de Kosovaar. 

Afgelopen december werd Zeneli nog serieus gelinkt aan Fenerbahçe, maar op een vertrek naar de Turkse topclub zit hij niet bepaald te wachten. Het vizier van de vleugelaanvaller is namelijk gericht op de grotere competities. "Veel fans van Fenerbahçe sturen me allemaal berichten om naar hun club te komen", is de buitenspeler direct openhartig. "Maar met alle respect voor de club en fans: ik wil naar de grotere competities. Mijn ambities liggen in Engeland, Spanje, Frankrijk, Duitsland of Italië. Al weet je nooit wat er gebeurt."

{image[259357][right-half][kaka]}AC Milan-droom

Voor één specifieke Serie A-club heeft Zeneli wél hele warme gevoelens, namelijk AC Milan. Als kind keek hij altijd graag naar Ricardo Izecson dos Santos Leite, oftewel Kaká. "Ik ben een heel groot fan van Milan en wilde altijd Kaká zien spelen. Kaká had niet naar Real Madrid moeten gaan denk ik. Maar hij wilde vast wat nieuws proberen. Ik hoop dat Milan opkrabbelt en weer gaat meedoen om de prijzen, dat hoort bij ze. Ik vind het moeilijk om te zien dat ze zo worstelen." Onder Gennaro Gattuso staat de ploeg na een moeilijke periode momenteel op de vijfde plaats.

De interesse van andere clubs komt niet uit de lucht vallen. In de zomermaanden van 2018 leek de Kosovaarse buitenspeler Heerenveen al te verlaten. Divserse clubs informeerden naar Zeneli - waaronder het Italiaanse Genoa - maar omdat een transfer uitbleef, moest hij zich weer in het Abe Lenstra Stadion melden. Het betekende een teleurstelling voor de Balkanees, die serieus rekening had gehouden met een transfer naar het buitenland.

"Natuurlijk had ik de volgende stap al willen maken in mijn voetballoopbaan. Daarvoor had ik hard mijn best gedaan na mijn enkelblessure vorig seizoen. Ik sprak met mijn zaakwaarnemer over een transfer. Ik had zoveel assists gegeven na mijn blessure, was belangrijk in de play-offs tegen FC Utrecht en had gehoopt op een nieuwe club. Alleen er gebeurde niks en ik hoorde maar niks. Toen moest ik me weer gaan focussen op Heerenveen."

Ondanks die tegenvaller was Zeneli in staat om zich te motiveren voor een nieuw seizoen. Sterker nog, halverwege dit voetbaljaar is hij op weg zijn prestaties van de afgelopen jaren bij Heerenveen te verpulveren. Liefst achtmaal was de vleugelaanvaller al aangever in de Eredivisie, terwijl hij zelf drie keer het net vond. Daarmee staat hij op de eerste plaats in het assist-klassement, een plek die hij moet delen met Feyenoorder Steven Berghuis.

Zijn stormachtige ontwikkeling in Friesland loopt parallel aan zijn prestaties bij de nationale ploeg van Kosovo. De Nations League bood hem een internationaal podium waardoor interesse vanuit het buitenland groeide voor Zeneli. "Bij Kosovo heb ik een vrijere rol, waardoor ik tot meer scoringsmogelijkheden kom. Natuurlijk wonnen we in de Nations League niet van de grootste landen, maar een Azerbeidzjan heeft gewoon een goede ploeg. Tegen hen hebben we fantastisch voetbal laten zien."

Voor Zeneli was het een mogelijkheid om ook op internationaal podium zijn visitekaartje af te geven. "Juist omdat ik geen transfer had gemaakt, wilde ik mezelf laten zien", legt hij uit. "Daarbij wil ik wel altijd mijn eigen spel spelen – hoewel dat niet altijd consistent is geweest. Als aanvaller moet je altijd meer risico's nemen dan een verdediger. Ik moet accepteren dat zaken niet altijd gaan zoals je zou willen."

Of het nou tot een winterse transfer komt of niet, de 23-jarige buitenspeler blijft het allerhoogste nastreven. "Ik wil uiteindelijk alles winnen wat er te winnen valt, dus ook de Champions League", is hij ambitieus. "Dat zal zeker heel moeilijk worden, dus zal ik daar erg hard voor moeten werken."

Door: Pieter Stroink van Eizenga