Liverpool is voorlopig definitief koploper af in Engeland. De ploeg van Jürgen Klopp bleef zondag in de derby tegen Everton steken op een doelpuntloos gelijkspel. Mohamed Salah had de grootste kans van de wedstrijd, maar kreeg de bal niet langs Jordan Pickford. Door de vierde remise in de laatste zes duels moet The Reds weer in de achtervolging in de Premier League. 

Door de moeizame overwinning van Manchester City bij Bournemouth wist Liverpool dat het moest winnen in de derby bij Everton - waar Virgil van Dijk vorig seizoen diep in blessuretijd debuteerde met het winnende doelpunt. De Nederlandse verdediger stond ook ditmaal uiteraard in de basis, evenals Georginio Wijnaldum.

Met het Nederlandse duo binnen de lijnen was Liverpool wel de betere op Goodison Park, maar tot heel veel kansen leidde het niet. De grootste mogelijkheid in de eerste helft was voor Mohamed Salah, die op Everton-keeper Jordan Pickford af kon. De Egyptenaar maakte slechts één goal in de laatste vijf duels en kwam ook tegen Everton niet tot scoren. Zijn inzet werd gekeerd door Pickford, terwijl de rebound net langs alle inlopende Liverpool-spelers rolde.

Ook met Roberto Firmino binnen de lijnen - hij was niet fit genoeg om te starten - voor Divock Origi werden de gasten amper gevaarlijk, ondanks het veldoverwicht. In de slotfase kreeg Everton bovendien nog een vrije trap op een gevaarlijke plek net buiten het zestienmetergebied, maar meer pijn dan een remise kon Everton - dat de Merseyside-derby al sinds 2010 niet meer won in de Premier League - Liverpool niet doen.

De remise is al het vierde puntverlies in de laatste zes duels van Liverpool, dat daardoor de koppositie voorlopig definitief kwijt is. Manchester City gaat over The Reds heen, die ondanks de ruime voorsprong van een paar weken geleden opnieuw in de achtervolging moeten in de Engelse titelstrijd.