Adil Auassar was een van de drie Eredivisie-aanvoerders die zich fel uitsprak tegen het gebruik van de VAR. Uit een enquete van Voetbal International bleek dat hij, Arjen Robben en Anco Jansen liever zonder het hulpmiddel zouden spelen. De aanvoerder van Sparta stelde dat het voetbal minder leuk is geworden sinds de komst van de VAR.

"Ik vind dat je soms tot de grens moet kunnen voetballen en er af en toe overheen moet kunnen gaan", legde Auassar uit aan RTV Rijnmond. "Je moet af en toe tikken uit kunnen delen en kunnen incasseren. Je ziet nu dingen gebeuren die voorheen nooit een rode kaart zouden zijn geweest. Scheidsrechters die geel geven, naar de zijkant worden geroepen en daarna door beeld dat stilstaat toch een rode kaart geven. Persoonlijk vind ik het gewoon minder leuk. Fouten horen bij het spel en ook met de VAR worden fouten gemaakt. Laten we het dan gewoon lekker zonder de VAR doen."

De middenvelder somt de nadelen verder op. "Het neemt tijd in beslag, je weet niet hoe je met je emoties om moet gaan als je scoort. Je moet altijd afwachten. Soms wordt er gefloten en weet je niet wat er is gebeurd. Dan sta je met z'n allen om je heen te kijken en je af te vragen waar naar wordt gekeken. Het is niks voor mij, laat ik het zo zeggen. Ik ben misschien ook iemand die tot het randje gaat, en af en toe eroverheen. Van mij hoeft het er niet bij."

Zelf kreeg Auassar dit seizoen tegen Heracles ook een rode kaart door ingrijpen van de VAR, maar dat is niet de reden dat hij er zo over denkt. "Niet eens om dat. Ik kijk heel veel voetbal en zie veel dingen gebeuren. Bij PEC Zwolle kreeg de centrale verdediger rood (Thomas Lam tegen FC Utrecht, red.). Hij bleef staan en vervolgens werd het teruggetrokken en kreeg hij geel. Er gebeuren zo veel rare dingen. Ga lekker voetballen. Een smerige overtreding herken je, je hebt vier scheidsrechters en je herkent als iemand iemand wat wil aandoen."