De schrik zat er goed in toen Daley Blind in augustus tijdens een oefenwedstrijd tegen Hertha BSC naar de grond ging zonder dat er een tegenstander in de buurt was. Het ICD-kastje van de Ajacied, een soort defibrillator, ging plots af. "Dat doet natuurlijk iets met je, fysiek en mentaal. En het doet iets in de beeldvorming", blikt Blind terug op de gebeurtenis in een interview met het Algemeen Dagblad.

Blind kreeg eind 2019 het ICD-kastje aangemeten vanwege een ontstoken hartspier. Een klein jaar later gaf het apparaatje tijdens een oefenduel plots een schokje. In de dagen die volgden, werd gespeculeerd over het einde van de loopbaan van de Ajax-verdediger. Maar stoppen deed hij niet. Het spel vindt hij nog veel te leuk.

"En niet alleen het spel. Ook de kleedkamer, de humor. Een groep voetballers is als een soort familie waar je elke dag bij bent", vertelt hij. "Ik weet nog wel, toen ik jong was zei ik: als ik 30 ben, is het wel mooi geweest. Maar toen ik 26 werd dacht ik: nou, nee hoor, ik ga straks zo lang mogelijk door. En zo denk ik nog steeds. In de periode dat ik het heel moeilijk had, snakte ik juist naar het veld. Ik heb het mooiste beroep dat je kunt bedenken."

Zijn hartproblemen houden Blind niet dagelijks bezig. "Er zijn dagen dat ik het vergeet dat ik dit kastje heb. Zelfs ook al op wedstrijddagen. Ja, het zit er, maar ik heb er geen omkijken naar en kan gewoon alle dingen doen die jullie doen. Wat me is overkomen is niet niks, en het zit wel in mijn achterhoofd. Maar er waren tijden dat ik me er druk over maakte. Dat is niet meer zo."

Januari

Met Ajax speelt Blind deze maand in de Eredivisie vier topduels. "Januari wordt een maand van het mentale", denkt hij. "En tussendoor gaan we ook naar FC Twente en spelen we tegen een paar clubs uit het rechterrijtje. Die duels, direct na toppers, die mag je niet gemakzuchtig in gaan. Het wordt een heel belangrijke maand in de competitie, dat denk ik zeker."