Atlético Madrid heeft woensdagavond een nieuwe uitglijder in La Liga weten te voorkomen. De Spaanse koploper morste de afgelopen periode al de nodige punten en kwam ook thuis tegen Athletic Bilbao op achterstand. De score werd echter door Marcos Llorente en Luis Suárez ruim op tijd weer recht getrokken. De ploeg won zo uiteindelijk met 2-1. 

Lange tijd leek het een seizoen te worden waarin Atlético zonder al te veel problemen weer eens de Spaanse titel zou pakken. Het draaide buitengewoon goed in La Liga en concurrenten Real Madrid en FC Barcelona waren nergens te bekennen. De afgelopen maand kwam er echter zand in de motor. Atlético bleef steken op een 2-2 gelijkspel tegen Celta Vigo en verloor in één week tijd vijf punten in twee duels tegen Levante. De angst voor een nieuwe misstap zal zeker aanwezig geweest zijn toen Iker Muniain na twintig minuten de bal volledig verkeerd raakte, maar daarmee toch achter Jan Oblak werkte. De achtervolging moest worden ingezet.

Daar begon het vlak voor rust mee, toen Marcos Llorente de gelijkmaker binnenkopte. Kort na rust volgde de volgende treffer. Luis Suárez werd gehaakt in de zestien van Bilbao, ging naar de grond en kreeg de strafschop. De Uruguayaan ging er zelf achter staan en faalde niet: 2-1. Verder uitlopen deed Atlético niet, maar de twee treffers waren genoeg om weer drie punten bij te schrijven. Daarmee is de voorsprong van de Madrilenen weer zes punten op FC Barcelona en acht op stadsgenoot Real.