Na twee lastige duels op rij heeft Spanje eindelijk relatief eenvoudig drie punten toegevoegd aan het totaal. Als afsluiter van de interlandweek won La Roja met 3-1 van Kosovo, waardoor het koploper blijft van groep B. Ook Engeland pakte drie punten en voert de ranglijst in de poule aan.

Drie titels in vier jaar: nee, er was geen land dat het Spaanse nationale elftal tussen 2008 en 2012 kon afstoppen. Twee EK's schreven de oppermachtige Spanjaarden destijds op hun naam, terwijl het zich in 2010 tot wereldkampioen kroonde tegen het Nederlands elftal. Toch bleek die hegemonie eindig. Tijdens het EK van 2016 en WK van 2018 volgde een aftocht in de achtste finale, terwijl tijdens het WK 2014 de groepsfase het eindstation was.

Het noopte Spanje tot een flinke koerswijziging. Langzaam nam het afscheid van de gouden generatie, terwijl een nieuwe, frisse wind ging waaien. Twee pareltjes uit die nieuwe lichting namen Spanje woensdagavond tegen Kosovo bij de hand. Toptalenten Dani Olmo en Ferran Torres namen hun land bij de hand met wonderschone treffers. Olmo krulde de bal na een halfuur spelen fraai in de kruising, terwijl Torres met een hard diagonaal schot de score verdubbelde. Overtuigend was het echter opnieuw niet: dankzij een prachtige treffer van Besar Halimi mocht Kosovo lang blijven hopen op een stunt, maar een rake kopbal van Gerard Moreno hielp Spanje uiteindelijk aan de drie punten.

Daarmee sloot Spanje het wisselvallige eerste gedeelte van de WK-kwalificatiereeks goed af. Tegen Griekenland kwam het vorige week niet verder dan een 1-1 gelijkspel, terwij; Georgië met minimaal verschil werd verslagen: 1-2. Voor Spanje is er in aanloop naar het Europees kampioenschap van komende zomer dus nog flink wat werk aan de winkel. Over drie maanden hoopt La Roja weer een vleugje van de macht van weleer te laten zien.

Griekenland - Georgië 1-1

In de groep van Spanje kwam het Griekenland van bondscoach John van 't Schip niet verder dan een 1-1 gelijkspel tegen Georgië. De Grieken, met Vangelis Pavlidis in de basis en Giorgios Giakoumakis in de zeventigste minuut als invaller, kwam door een eigen doelpunt van Otar Kakabadze op voorsprong. Khvicha Kvaratskhelia maakte er bijna direct daarna 1-1 van. Eerder deze interlandperiode speelde Griekenland ook 1-1, toen tegen Spanje.

Engeland - Polen 2-1

Zonder de geblesseerde Robert Lewandowski leek Polen rijp voor de slacht tegen Engeland, maar de Polen hielden zich uiteindelijk knap staande. Het was spits Harry Kane die de thuisploeg voor rust op voorsprong schoot vanaf elf meter, maar Jakub Moder trok de stand na een uur spelen gelijk. Moder profiteerde optimaal van een enorme blunder van John Stones, die de bal recht in de voeten van de middenvelder speelde.

De Engelsen leken daarmee op weg naar het eerste puntverlies van deze WK-kwalificatiereeks, maar Harry Maguire hield de perfecte start van zijn land in leven met een kanonskogel kort voor tijd. Vijf minuten voor tijd zorgde de verdediger voor de winnende goal, waardoor Engeland de week afsluit als koploper van groep I.