Maarten Stekelenburg begon dit seizoen als tweede doelman van Ajax, maar staat twaalf maanden later als eerste doelman van Oranje op het EK. Met zijn 38 jaar is hij bovendien de oudste speler van het toernooi, al doet die statistiek hem niet veel. "Ik heb het ook gelezen. Het is leuk, maar niet meer dan dat."

Toch is het voor de keeper, die dinsdagmiddag aanschoof tijdens de persconferentie, een bijzonder einde van het seizoen. "Als je me begin van het seizoen had gevraagd of ik op het EK eerste doelman was, dan had ik je waarschijnlijk uitgelachen", stelde hij. "Maar goed, dat is ook voetbal. Je ziet wat er kan gebeuren: ik heb een prima seizoen gehad met Ajax. Dan is dit de beloning."

Stekelenburg verruilde vorige zomer Everton voor Ajax, waar hij een rol als tweede doelman accepteerde. Door de dopingschorsing van Andre Onana moesten de Amsterdammers echter een beroep op hem doen: Stekelenburg keepte twaalf Eredivisieduels en kwam ook in de Europa League (vijf wedstrijden) en de KNVB Beker (vier) in actie. Zijn optredens daar leverde hem weer een plek in Oranje op, waar hij uiteindelijk dus zelfs tot eerste keeper op het EK werd verkozen.

Dat laatste was allesbehalve vanzelfsprekend voor de zestigvoudig international. "Een paar dagen voor de eerste groepswedstrijden moesten we bij hem komen. Vanaf het moment dat we bij elkaar zijn gekomen hebben we keihard getraind en alle drie de keepers een prima indruk achtergelaten. Dan is het aan de bondscoach. Ik ben er wel blij mee", antwoordde hij nuchter.