Arne Slot is inmiddels enkele weken bezig als hoofdtrainer van Feyenoord. Hoewel hij weet dat het een lastige opgave is, is zijn visie en ambitie voor de club duidelijk. "Als we op een aantrekkelijke manier gaan voetballen, leggen we volgens mij de basis voor een mooie toekomst."

In een uitgebreid interview met het Algemeen Dagblad spreekt Slot het geloof uit dat er iets moois kan ontstaan bij Feyenoord. "Maar jullie gaan ook vaak genoeg momenten zien waarbij jullie concluderen: het kan dus niet, zó aanvallend. Als je helemaal inzakt en je incasseert een tegengoal, zegt eigenlijk nooit iemand: zou je nou niet eens druk vooruit gaan zetten?"

Omdat het seizoen voor Feyenoord al komende week van start gaat met de voorronde van de Conference League, lag de nadruk in de voorbereiding al vroeg op de fitheid van de spelers. "Ik heb met de fysiektrainer gezeten om de vraag te beantwoorden: hoe kunnen we fysiek flinke stappen zetten in combinatie met mijn oefenvormen, die structuur moeten geven in hoe we dit seizoen gaan spelen? Dus ik zocht oefenvormen die bij onze speelwijze passen, maar die ons ook op fysiek vlak snel verder zouden helpen."

Verschil met AZ

Na zijn overstap naar Feyenoord werd vaak het verschil met AZ aangekaart. Daarbij komt direct naar voren dat de druk in Rotterdam hoger ligt. Vaak wordt gewezen naar de wedstrijd tussen AZ en Sparta van vorig seizoen, waarin de Alkmaarders een 0-4 voorsprong weggaven (4-4). 'In De Kuip vliegen de ruiten er dan uit. In Alkmaar zeiden ze: 'Jammer Arne, op naar de volgende wedstrijd.'', stelde het AD.

"Nou, dat zeiden ze absoluut niet in Alkmaar", reageerde Slot daarop. "Daar werd door de directie en mijzelf de lat heel hoog gelegd. Bij Feyenoord komen daar het Legioen en de media bij. Hoe groot deze club echt is, zal ik vast ondervinden als we een keer verliezen en iedereen zegt en schrijft dat het helemaal niks was."

Daarom is het zaak dat men geduld heeft. "Het woord geduld heb ik zelf niet gebruikt, maar we kennen onze startpositie. Feyenoord was vorig seizoen de nummer vijf van Nederland, met een aanzienlijke achterstand op de meeste plekken daarboven. We willen het nu op een bepaalde manier gaan doen. Het zou wel lekker zijn als dingen meteen goed uitpakken. Voor het publiek én voor de spelers. Die hebben bevestiging nodig dat het werkt."