De Oranje Leeuwinnen kwamen tegen Brazilië niet verder dan een 3-3 gelijkspel. De ploeg van bondscoach Sarina Wiegman gaf de tegentreffers cadeau, maar staat op doelsaldo nog altijd eerste in de poule. Dat kan betekenen dat de eerste knock-outwedstrijd tegen de Verenigde Staten is.

"Natuurlijk zit dat in mijn hoofd, want die wil je het liefst later pas tegenkomen. Er zijn een paar heel sterke landen, maar ik vind het te gevaarlijk om te gaan rekenen. Een wedstrijd expres verliezen om iemand te ontlopen, daar doen we niet aan", vertelt bondscoach Sarina Wiegman tegenover het Algemeen Dagblad. Tegen Brazilië vielen vooral de tegendoelpunten op, die wel heel makkelijk werden weggegeven. 

Lees meer: Oranje stevent steeds meer af op kwartfinale tegen VS

"Natuurlijk is dat vervelend. Dat is niet fijn, maar we moeten door. Het was een ontzettend intense wedstrijd tegen een goede tegenstander", stelt Wiegman, die tegen Zambia ook zag dat de verdediging niet goed stond. Ze blijft echter positief. "Je scoort als team en je verdedigt als team, maar ik vond wel dat we al iets beter stonden achterin. We stonden vandaag tegen een topploeg."

Keepster Sari van Veenendaal heeft dus na twee wedstrijden al zes keer moeten vissen. "Met de fouten achterin waar goals uit voortkwamen zijn we niet blij. We zijn kritisch op onszelf, we zien het zelf ook. We kunnen er veel redenen aan hangen en elke reden is een excuus, maar dit kunnen we niet hebben op dit toernooi. Het moet gewoon beter. Als we wat lager stonden, hadden we wat meer controle. Maar dan waren we aanvallend wat minder gevaarlijk", besluit de sluitpost.