Feyenoord speelde zondagmiddag een oefenwedstrijd tegen Atletico Madrid. Daar was op het veld overigens niets van de merken. Er werd nagetrapt door Yannick Carrasco, die ook nog Orkun Kökcu in zijn gezicht krapte en Diego Simeone kreeg het na de wedstrijd aan de stok met Arne Slot. Johan Derksen was echter niet onder de indruk.

"Ik vind dit zo'n ophef om niets. Van die heetgebakerde jongetjes die een beetje trekken aan elkaar. Ze geven nooit iemand een geweldige klap voor de harses. Het blijft altijd bij dat trekken", aldus Derksen, die ook cynisch is op Orkun Kökcü, die zich met het vechtpartijtje bemoeide. "Daar heb je numero 10 er ook weer bij…"

De analist liet zich eerder al kritisch uit over de middenvelder, die het rugnummer van Steven Berghuis overnam. "Degene met rugnummer 10 moet een sierlijke voetballer zijn die met kop en schouders boven de rest uitsteekt. Als hij heel erg goed zijn best doet is hij niet niet meer dan een leuk werkertje op het middenveld. Ik vind niet dat een snotneus met nummer 10 moet lopen. Hij moet heel hard werken om net aan te kunnen haken", zei Derksen destijds in De Oranjezomer.

Dat gebeurde allemaal tijdens de wedstrijd, maar het opstootje tussen de trainers gebeurde na het laatste fluitsignaal. Slot wilde zijn collega een hand geven, maar de Argentijn was daar niet van gediend en duwde de Nederlander weg. "Zo'n Feyenoordtrainer moet zich daar helemaal niet mee bemoeien. Als zo'n gek het veld op loopt, moet je je daar van distantiëren. Dat heeft toch geen enkel niveau?", aldus Derksen, die ook de voordelen ziet bij de oefenmeester van de Spaanse landskampioen. "Hij is natuurlijk wel een man die zijn jongens heel erg scherp houdt. Die houding die hij nu heeft, zo speelde hij ook."