PSV heeft maandag de jaarcijfers bekendgemaakt en moest erkennen dat het dit jaar flinke rode cijfers schreef. De Eindhovense club boekte een nettoverlies van ruim 23 miljoen euro. Dat betekent voor het eerst in tien jaar tijd dat de club weer eens een negatief resultaat heeft geboekt. PSV geeft zelf aan dat dat te maken heeft met de coronacrisis en enkele transfers.

Door de coronacrisis hebben stadions veelal leeg gestaan of werd er gespeeld met een beperkte capaciteit. Dat zorgde ervoor dat de omzet flink afnam en dat voelt ook PSV in de portemonnee. Op de eigen clubwebsite laat het weten dat de gevolgen groot zijn. 'De getroffen maatregelen vanwege de pandemie hebben financieel een enorme impact gehad. Ten opzichte van een regulier seizoen bedraagt de omzetdaling om en nabij de 25 miljoen euro.'

Naast de coronacrisis waren de transfers een belangrijke oorzaak van het verlies. Zo is een aantal transfers niet meegenomen in het boekjaar en dus is de kans groot dat het volgend jaar wel weer een financieel goed jaar kent. Onder meer de transfers van Donyell Malen, Denzel Dumfries, Pablo Rosario, Mohamed Ihattaren en Joël Piroe leverden tientallen miljoenen op, die het dit jaar niet meer bij kon schrijven.

Lees ook: Ten Hag over uiting Schmidt dat Ajax voordeel heeft op PSV

Dat betekent dat de schade wel iets meevalt, maar dat de club toch een zware periode kent. 'Het resultaat is heel duidelijk. We hebben negen jaar zwarte cijfers geschreven en het eigen vermogen is meer dan gehalveerd van 40 miljoen naar 17 miljoen. Het was een financieel zwaar jaar voor ons.' Daarbij wil de club vooral de supporters bedanken die een seizoenskaart kochten, terwijl zij amper wedstrijden konden bijwonen, waardoor de omzet flink is gestegen. Volgens het bestuur is er genoeg reden om positief te blijven over het toekomstperspectief.