Henk Fraser maakt zich zorgen over de mindere resultaten van Sparta Rotterdam. Met slechts zeven punten uit tien wedstrijden staat de Rotterdamse club op een degradatieplek. Op bezoek bij stadgenoot Feyenoord hoopt Fraser op een ommekeer. De derby wordt zondagmiddag vanaf 12.15 uur op Het Kasteel gespeeld.

Sparta won dit seizoen nog maar één keer in de competitie. Op 12 september werd Fortuna Sittard (3-1) verslagen. In de zes daaropvolgende wedstrijden bleef een tweede zege uit, met als dieptepunt de 0-4 nederlaag tegen SC Cambuur. "Het is aan ons om het tij te doen keren", toont Fraser zich strijdlustig in een interview in De Telegraaf.

Niet alleen pakt Sparta tot nu toe weinig punten, ook het spel laat te wensen over. "Zo eerlijk moeten we zijn", aldus Fraser, die stelt dat zijn ploeg afgelopen zomer een jasje heeft uitgedaan. "De ploeg heeft een enorme bereidheid om te werken en we kunnen een goede organisatie neerzetten. Maar in het voetballende gedeelte zit bij ons de grootste pijn. Met Appie Harroui en Laros Duarte zijn we twee jongens kwijtgeraakt die voetballend het verschil kunnen maken. Het zijn er maar twee, maar de impact is wel groot geweest. Kijk maar naar PSV en het gemis van Gakpo en Madueke tegen Ajax, terwijl die bij de strijd om de Johan Cruijff Schaal nog zo belangrijk waren geweest. Het wegvallen van twee spelers kan veel invloed hebben."

Fraser is sinds kort ook werkzaam bij het Nederlands elftal, waar hij de rechterhand van Louis van Gaal is. Dat heeft volgens de trainer geen invloed op zijn functioneren bij Sparta. "Als de resultaten slecht zijn, gaan de supporters iets ervan vinden of gaat de pers daarover beginnen of misschien zelfs mijn familie. Maar voor mij is het de grootste onzin die er is. Rond de interlandweekends zijn de jongens drie dagen vrij. Ik mis zowat niks bij Sparta. Wat ik vooral mis, is tijd voor mijn privé-leven en dan vooral tijd met mijn kleinzoons van bijna drie en twee. Ik heb er dus helemaal niemand mee, behalve mezelf."

Fraser zegt zich als trainer van Sparta altijd zorgen te maken. "Dat deed ik vorig jaar ook en het seizoen daarvoor ook. Iedereen vindt dat we vorig seizoen iets unieks hebben gedaan door achtste te worden. Dat was het ook, want iedereen weet ook dat het voor een club als Sparta heel reëel is om tot de laatste dag te moeten knokken voor lijfsbehoud. Dus ik hoef nu niet in paniek te raken, want ik wist van tevoren dat dit een van de mogelijke scenario's was. En vorig jaar hebben we laten zien, dat we goed terug kunnen komen."