De Madrileense derby is zondagavond een prooi geworden voor het Real Madrid van coach Carlo Ancelotti. De Koninklijke was met 2-0 te sterk voor stadsgenoot Atlético en staat nu nog steviger op de eerste plaats in La Liga.

De thuisploeg had iets meer dan een kwartier nodig om de score te openen. Met een fraaie volley maakte Karim Benzema zijn dertiende van het seizoen. Een tegentreffer die Atlético-trainer Diego Simeone de nodige hoofdpijn zal hebben gegeven. De complete verdediging had Benzema namelijk over het hoofd gezien, doordat ze allen naar de bal keken. Het was toevallig ook de eerste keer dat de Franse aanvaller in de vijandelijke zestien was verschenen. 

Na rust ging Atlético op zoek naar de gelijkmaker en bleef Real Madrid - dat veel meer balbezit had - zoeken naar een verdubbeling van de marge. Tot grote kansen kwam de koploper van de Spaanse competitie echter niet. Tot na iets minder dan een uur spelen. Na een fraaie loopactie en voorzet van Vinicius Junior, schoot Marco Asensio de 2-0 tegendraads achter Jan Oblak. Voor Asensio was het zijn vijfde van het seizoen, voor Oblak de achttiende competitietegengoal.

Lees ook: Raiola nuanceert uitspraken over toekomst Haaland

Real Madrid ligt op koers om kampioen van Spanje te worden. De manschappen van Ancelotti staan met 42 punten uit zeventien duels souverein aan kop in La Liga. Achtervolger Sevilla heeft acht punten minder, maar nog wel een inhaalduel tegoed. Atlético lijkt ver verwijderd van titelprolongatie: de ploeg staat op de vierde plaats en lijkt de titel door een achterstand van dertien punten op Real Madrid te kunnen vergeten.