Ahmetcan Kaplan en Sivert Mannsverk waren zondag sleutelspelers voor Ajax tegen FC Utrecht, zo vindt Leonne Stentler. De twee nieuwkomers in de basiself waren in haar ogen cruciaal voor de veldbezetting.

Ajax oogde tegen Utrecht (2-0 zege) opvallend stabiel. De doorgaans zo kwetsbare ploeg van John van ’t Schip hoefde weinig grote kansen toe te staan. Zodoende hield Ajax na 99 dagen weer eens de nul: dat gebeurde voor het laatst op 25 november (5-0 zege op Vitesse). Presentator Gert van ’t Hof spreekt bij Studio Sport Eredivisie van een ‘bizarre statistiek’ en Stentler deelt vervolgens haar analyse.

“Ze moesten natuurlijk altijd veel scoren omdat ze er ook veel tegen kregen. Met dat scoren zit het wel goed”, concludeert ze. “Brobbey trok vandaag weer in zijn eentje de kar, met een doelpunt en een assist. Maar in het nieuwe systeem waren het vooral Kaplan en Mannsverk die ervoor zorgden dat het beter stond vandaag.”

Kaplan maakte zijn basisdebuut als vervanger van de geblesseerde Josip Sutalo, terwijl Mannsverk de voorkeur kreeg boven Branco van den Boomen. “In de passnauwkeurigheid scoorden zij het hoogst", zegt Stentler. Kaplan verstuurde 60 passes, waarvan er 56 aankwamen (93,3 procent); bij Mannsverk bereikten 60 van de 65 passes hun bestemming (92,3 procent).

“Ze hadden heel weinig balverlies, speelden de bal gewoon naar de juiste kleur. In het verdedigen was Mannsverk ook ontzettend belangrijk”, vervolgt de oud-speelster. “Hij won veel duels. En Kaplan straalt aan de bal veel rust uit. Hij maakt zich niet druk en zorgt daardoor ook dat de druk van Utrecht geen effect had. Als je terugdenkt aan Sutalo, is het fijn om zo’n speler te hebben. Hij was met de voorassist ook belangrijk in de aanloop naar de 1-0.”