Tottenham Hotspur heeft zijn beste prestatie in de Champions League ooit geëvenaard. Na het succes in 2011 behoren de Engelsen wederom tot de acht beste clubs van Europa. Spurs won dinsdagavond met 0-1 op bezoek bij Borussia Dortmund. Na de 3-0 zege was dat ruim voldoende.

De intenties van Tottenham Hotspur werden vrijwel direct na het eerste fluitsignaal van Danny Makkelie duidelijk. De Londenaren hadden vijf verdedigers opgesteld en beperkten zich grotendeels tot het houden van de nul.

Hoewel de Tottenham-defensie af en toe piepte en kraakte, werd er niet gescoord in de eerste helft. Jan Vertonghen voorkwam de 1-0 van Marco Reus met een weergaloze sliding, Hugo Lloris redde in twee instanties na een getoucheerd schot van diezelfde Reus, Ben Davies gooide zich voor een open schietkans van Julian Weigl en Lloris tikte een krul van Mario Götze uit de bovenhoek.

Tegenover al die hele en halve mogelijkheden voor de thuisploeg stond één grote kans voor Spurs. Heung-Min Son kwam na een steekpass van Christian Eriksen vrij voor de goal, werd lichtjes uit balans gebracht door Marius Wolf en schoot naast. De Koreaan keek vragend naar Makkelie, die echter geen penalty gaf. Ook het VAR-duo Pol van Boekel en Jochem Kamphuis greep niet in.

Direct na rust ontdeed Kane de wedstrijd van zijn laatste restje spanning, met een schitterende spitsengoal. De WK-topscorer was de hele eerste helft onzichtbaar geweest, maar ontsnapte aan de buitenspelval na een pass van Moussa Sissoko en schoot de 0-1 binnen.

De wedstrijd sleepte zich vervolgens richting de negentigste minuut. Toen die uiteindelijk aangebroken was, kreeg Paco Alcácer plotseling een kans op de eretreffer. De Spanjaard stuitte echter op de rechtervoet van Lloris. Aan de andere kant kreeg invaller Erik Lamela een uitgelezen kopkans, maar ook de Argentijn kwam niet tot scoren.