Wayne Rooney was zondag de absolute hoofdrolspeler in de wedstrijd tussen Hull City en Manchester United. De spits scoorde één keer, verzorgde twee assists en stond met een verkeerde terugspeelbal aan de basis van het tegendoelpunt van de thuisploeg. Manchester United won uiteindelijk met 1-3.

Rooney opende op slag van rust de score, door een voorzet van Ryan Giggs van dichtbij binnen te tikken. Er leek geen vuiltje aan de lucht voor Manchester, maar een fout van Rooney bracht de spanning helemaal terug in de wedstrijd. Hij speelde te kort terug op zijn doelman Tomasz Kuszczak, die de geblesseerde Edwin van der Sar verving. De bal werd opgepikt door Andy Dawson, die Jozy Altidore bediende. De Amerikaan had de bal voor het inkoppen, maar werd geduwd door Manchester-verdediger Rafael. De bal ging op de stip, waarna Craig Fagan scoorde.

Duur puntverlies dreigde voor Manchester United, maar een goede actie van Rooney voorkwam dat. Hij gaf de bal vanaf rechts scherp voor, waarna Dawson de bal in zijn eigen doel gleed. Rooney stond daarna ook aan de basis van het derde doelpunt van Manchester. Hij bediende invaller Berbatov, die simpel afrondde.

Bij Hull City stond George Boateng in de basis, hij speelde bijna de hele wedstrijd. Jan Vennegoor of Hesselink kwam in de slotfase als invaller in de ploeg.

Manchester United neemt door de overwinning de tweede plek in de Engelse Premier League weer over van Arsenal, dat eerder op de dag van Aston Villa won (3-0). De achterstand op koploper Chelsea, dat zaterdag niet verder kwam dan een doelpuntloos gelijkspel bij Birmingham City, bedraagt slechts twee punten.