Sampdoria mocht dinsdag tot diep in de toegevoegde tijd van het duel met Werder Bremen, in de play-offronde van de Champions League, dromen van zijn debuut in ’s werelds mooiste clubcompetitie. Daarna ging het echter helemaal verkeerd voor de Italianen, die daardoor naar de Europa League verbannen worden.

Aan de eerste ontmoeting met Werder had Sampdoria vorige week in Duitsland een 3-1 nederlaag overgehouden. Het kostte Samp dinsdag voor eigen publiek slechts dertien minuten om die schade weg te poetsen en een voorschot te nemen op een plaats in de Champions League. De ploeg, die in 1992 de Europa Cup 1-finale van FC Barcelona verloor, leidde toen al met 2-0 door twee goals van Giampaolo Pazzini. Vier minuten voor het eindsignaal maakte Antonio Cassano er zelfs 3-0 van en leek Werder van CL-voetbal verstoken te blijven, totdat Markus Rosenberg opstond…

De Zweed, enkele jaren terug nog speler van Ajax, kreeg in de derde minuut van de blessuretijd alle ruimte om van twintig meter doeltreffend uit te halen. Hierdoor kwam de score op 3-1 en moest er dus verlengd worden. Claudio Pizarro was de grote kwelgeest van Sampdoria in de verlenging. Na precies honderd minuten legde de Peruviaan met een afstandsschot de eindscore vast op 3-2, voldoende voor Werder om door te bekeren en Sampdoria een flinke kater te bezorgen.