Hoewel de bekerwedstrijd tussen Feyenoord en NEC (4-4) voor de neutrale kijker een enorm spektakel was, overheerst bij de Nijmegenaren een gevoel van frustratie. De ploeg van trainer Rogier Meijer was enorm dicht bij een stunt en had bijna de koploper van de Eredivisie in eigen huis uitgeschakeld in de KNVB Beker. Hoewel de scorende Jordy Bruijn trots is op zijn ploeg, deed hij bij ESPN nog wel zijn beklag over enkele beslissingen van scheidsrechter Rob Dieperink.

Na afloop van de reguliere speeltijd kende Dieperink namelijk zeven minuten extra tijd toe in De Kuip bij een 0-2 stand. Uiteindelijk zou Feyenoord op knappe wijze terugkomen in de wedstrijd en een verlenging forceren, maar Bruijn vraagt zich wel af of die extra tijd nodig was. "Het was een bijzondere avond, een hele rare wedstrijd", begon Bruijn. "Een beetje vergelijkbaar met de competitiewedstrijd die we vorig jaar speelden. Helaas verliezen we hem weer. Toen de 1-2 viel, dacht ik dat we het wel vol zouden houden met twee of drie minuten blessuretijd."

"Maar ik weet niet waar de scheids die zeven minuten vandaan haalt? Zoveel is er niet gebeurd naar mijn idee. Maar buiten dat mogen we niet zo laat nog tegengoals krijgen. Dat is balen", besluit Bruijn. De discussie is opvallend, aangezien Feyenoord ook terugkwam in de blessuretijd in de topper tegen PSV afgelopen zondag (2-2). Toen kregen de wedstrijd negen minuten blessuretijd toegekend door arbiter Danny Makkelie.

Bronkhorst de schlemiel

Uiteindelijk scoorden beide ploegen nog twee keer, waardoor penalty's het verschil moesten maken in de achtste finale. Ilias Bronkhorst was hierin de ongelukkige die als enige zijn strafschop miste, waardoor de Nijmegenaren uit het bekertoernooi liggen. "Het is logisch dat hij teleurgesteld is. Dat hoort er even bij. Een aantal jongens is teleurgesteld, een aantal jongens zegt dat we keihard hebben gewerkt en trots mogen zijn. Dat is ook zo. Bij mij overheerst wel de teleurstelling. Het is echt ontzettend balen", aldus Bruijn.

Lees ook: Slot schrikt bij het zien van beelden Hartman: "Daar komen we goed weg"