FC Barcelona renoveerde deze zomer de A-selectie met de komst van onder anderen Raphinha, Robert Lewandowski en Jules Koundé. Het heeft sportief de Catalaanse grootmacht geen windeieren gelegd, maar financieel heeft het zijn sporen wel nagelaten. De loonkosten zijn namelijk bijna historisch hoog.

Dat blijkt uit cijfers die in Spanje gelekt zijn. Het budget van FC Barcelona dat opgaat aan salarissen is deze zomer met bijna dertig (27%) procent gestegen. Ging er vorig seizoen nog 518 miljoen euro op aan de spelerslonen, staat de teller in de huidige voetbaljaargang op liefst 656 miljoen euro. Slechts één seizoen was het hoger in de historie van de club, namelijk in het jaar voordat de coronacrisis uitbrak (2018/19).

Op dat moment was Lionel Messi nog onderdeel van de A-selectie en de absolute grootverdiener was in Camp Nou. Niet alleen de aanwinsten, maar ook de stijgende contracten van Gerard Piqué, Jordi Alba, Sergi Busquets en ook Frenkie de Jong zorgen voor een enorme stijging bij de club. Omdat er dit jaar veel eenmalige inkomsten zijn voor FC Barcelona, is dat op te hoesten, maar de clubleiding is duidelijk dat er structureel iets moet veranderen.

Lees ook: Barça creëert met tijdelijk vertrek meer ruimte in salarishuis

Komend seizoen wil de club naar een loontotaal van maximaal 400 à 450 miljoen euro, waardoor er flink bespaard moet worden. Daardoor zijn de contracten van spelers veranderd: bij blessures gaat de club minder betalen, terwijl dat voorheen nog wel het geval was en FC Barcelona met Ousmane Dembele, Samuel Umtiti en Philippe Coutinho veel dure geblesseerden had. Bovendien loopt er een flink aantal contracten af van enorme grootverdieners (Busquets, Sergi Roberto, Memphis Depay), waardoor de club in de zomer ruimte kan maken. Ook wil het naar verluidt op een chique manier afscheid nemen van grootverdiener Piqué, wiens verbintenis nog tot 2024 doorloopt.