Al bijna vier jaar lang wordt Spanje gezien als de beste landenploeg die er is. Het won het EK van 2008 en twee jaar later ook het wereldkampioenschap in Zuid-Afrika. En hoewel vooral veel gesproken wordt over het ijzersterke middenveld, valt vooral op hoe weinig doelpunten de ploeg tegen krijgt. Het laatste land dat in een knock-out fase van een toernooi tegen Spanje wist te scoren, was Frankrijk op het WK 2006.

Na de 1-3 nederlaag tegen de Fransen in de achtste finale van het WK in Duitsland begon Spanje aan een opmerkelijke reeks. Het speelde sindsdien acht duels in de knock-out fase van een groot toernooi en kreeg in niet één van die duels een goal tegen. Op het WK van 2010 won het al zijn wedstrijden na de groepsfase zelfs met 1-0, inclusief de finale tegen Nederland. In 2008 werd het 0-0 tegen Italië, 3-0 tegen Rusland en 1-0 tegen Duitsland. Deze reeks werd afgelopen zaterdag voortgezet tegen Frankrijk. De Fransen werden in de kwartfinale van dit EK met 2-0 geklopt.

Hoe superieur het spel van Spanje er soms ook uit ziet, echt comfortabel wint de ploeg zelden. Zelfs tegen Frankrijk, dat zaterdag een allerbelabberdste wedstrijd speelde, bleef het tot de laatste minuut 'slechts' 1-0. Combineren op het middenveld lukt Spanje als de beste, kansen creëren minder. En zeker nu topscorer David Villa ontbreekt en Fernando Torres de vorm van een aantal jaar geleden mist, is de grote vraag hoe de ploeg zou reageren op een achterstand. Blijft het ook rustig combineren als het in een knock-out duel 1-0 achter staat en uitschakeling op de loer ligt?

Spanje tegen Portugal: de regerend Europees én wereldkampioen tegen de ploeg met misschien wel de beste aanvaller ter wereld in de gelederen. Het kan eigenlijk alleen maar mooi worden, vanavond in de Dombass Arena van Shaktar Donetsk.

Door: Roland Mather

Twitter: @rolandmather