Spanje mag zondag proberen de Europese titel te prolongeren. De manschappen van bondscoach Vicente del Bosque wonnen woensdagavond van Portugal. Nadat de reguliere speeltijd en verlenging geen treffers opleverden, zorgde een penaltyserie voor de beslissing.

Met Portugal trof de titelverdediger een opponent die zich niet uitsluitend wilde ingraven rondom het eigen doelgebied. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Frankrijk, dat in de kwartfinale leek bevangen door de angst voor een flink pak slaag. Hoewel Spanje dat duel eenvoudig won, liet het tempo in de combinaties te wensen over. Tegen Portugal scoorde de wereldkampioen in Donetsk zelfs op meerdere vlakken geen ruime voldoende.

Namens Portugal deed sterspeler Cristiano Ronaldo na een half uur van zich spreken. De aanvaller ontving de bal na slordig uitverdedigen van Spanje, maar zijn schot ging vervolgens net langs de verkeerde kant van de paal. Bij Spanje was Alvaro Negredo verrassend de aanvalsleider. De spits van Sevilla kon echter geen potten breken en werd al enkele minuten na de hervatting vervangen door Cesc Fabregas.

In de noodzakelijk geworden verlenging waren de beste kansen voor Spanje. Met name Iniesta had de openingstreffer nadrukkelijk op zijn schoen, maar zijn inzet werd fraai onschadelijk gemaakt door keeper Rui Patrício. Ook Sergio Ramos en invaller Jesús Navas wisten daarna de bal niet tegen het net te krijgen.

Spanje staat voor de derde keer op rij in de finale van een groot eindtoernooi. De tegenstander komt donderdag uit de confrontatie tussen Duitsland en Italië in Warschau. De finale is zondag in Kiev.