De weg die moet leiden naar de Europa League-finale in de eigen ArenA op 15 mei is voor Ajax lang en hobbelig, maar voorlopig gaat de ploeg de goede kant op. Steaua Boekarest werd donderdag met 2-0 verslagen, waardoor Ajax zichzelf een prima uitgangspositie verschaft heeft voor de return van volgende week in Roemenië.

Twee verdedigers, Toby Alderweireld en Ricardo van Rhijn, tekenden tegen de koploper van Roemenië voor de Amsterdamse doelpunten, keurig verdeeld over beide helften. Door de winst mag Ajax al voorzichtig dromen van de volgende ronde, waarin vermoedelijk uittredend Champions League-houder Chelsea wacht.

Met Sigthórsson hoopte coach Frank de Boer een betere bezetting voor het doel te krijgen. Dat plan slaagde deels, want de spits uit IJsland was met name voor rust vaak aanspeelbaar en redelijk sterk aan de bal. Hij scoorde ook, al werd die treffer afgekeurd wegens buitenspel. Onterecht, zo bleek, want Sigthórsson stond toch echt op één lijn met de laatste verdediger toen hij aangespeeld werd.

Het enige doelpunt van de eerste helft dat wél telde, werd ruim tien minuten daarvoor gemaakt door Toby Alderweireld. De Belgische verdediger kwam bij een vrije trap van Christian Eriksen voor zijn man en kopte de bal keurig in de verre hoek.

Ricardo van Rhijn zorgde vlak na rust voor de belangrijke tweede goal van Ajax. De rechtsback ging de combinatie aan met Siem de Jong, kreeg de bal op maat terug en passeerde de Roemeense doelman Tatarusanu met een laag, diagonaal schot.

Dat Ajax daarna de nul hield, en dus een prima resultaat boekte, had het te danken aan Jasper Cillessen. De doelman kwam na rust in de ploeg vanwege een blessure bij Kenneth Vermeer en onderscheidde zich met enkele fraaie reddingen. Steaua kwam niet meer tot scoren en beëindigde de partij zelfs met tien man na een late rode kaart voor Mihai Pantilii. Hij mist dus sowieso de return, volgende week.