FC Barcelona en Real Madrid blijven ook na de uitgestelde Clásico nek aan nek gaan: de titanenstrijd leverde woensdagavond geen doelpunten op, voor het eerst sinds november 2002. De thuisploeg – met Frenkie de Jong – haalde nauwelijks zijn niveau en werd prima in bedwang gehouden door Real Madrid. Casemiro en Lionel Messi kregen de grootste kansen, maar Gerard Piqué en Sergio Ramos stonden hun keepers bij en hielden de nul op het bord.

De Jong speelde zijn allereerste Clásico en hield Sergio Busquets en Arturo Vidal buiten de basis. De gasten uit Madrid moesten met Marcelo en Eden Hazard hun linkerflank missen en hielden Luka Modric op de bank. Desondanks maakte Real Madrid qua veldspel de beste indruk: ondanks kansen en kansjes over en weer, eindigde de eerste helft zonder treffers.

Ook na de rust maakte Real Madrid de betere indruk. Beide ploegen stonden echter nauwelijks uitgespeelde kansen toe: de op het veld gegooide ballen met de kleur van de Catalaanse vlag waren lange tijd het meest opzienbarende moment van de tweede helft.

Twintig minuten voor tijd leek de wedstrijd dan alsnog open te worden gebroken, nadat Gareth Bale de bal via Marc-André ter Stegen binnenschoot. De arbitrage had echter gezien dat Ferland Mendy een fractie buitenspel stond, voordat hij de Welshman bediende. Beide verdedigingslinies hielden stand tot aan de laatste minuut en de individualisten kregen het ook niet meer op hun heupen: een enigszins teleurstellende 0-0 was het logische gevolg.