Wie dacht dat Zwitserland voor de volgende WK-stunt zou gaan zorgen, komt vooralsnog bedrogen uit. Portugal kwam dankzij een heerlijke treffer van Gonçalo Ramos al vroeg op een 1-0 voorsprong en verdubbelde die zojuist: Pepe (39) kopte raak uit een hoekschop. De verdediger is daarmee de een na oudste voetballer die weet te scoren op een wereldkampioenschap. 

Het verhaal van Pepe begint bijzondere vormen aan te nemen. Na zijn vertrek bij Real Madrid in de zomer van 2017 leek de verdediger langzaam maar zeker op weg naar het einde van zijn loopbaan. Begin 2019 tekende Pepe, na een avontuur bij Besiktas, een contract bij FC Porto. De rentree in eigen land heeft uitstekende uitgepakt. Pepe was tijdens het EK van vorig jaar al basisspeler bij Portugal en is ook tijdens het huidige WK in Qatar zeker van zijn plek. In de eerste groepswedstrijd tegen Ghana zat hij weliswaar nog op de bank, maar tijdens de groepsduels met Uruguay en Zuid-Korea én het achtste finaleduel met Zwitserland had hij een basisplaats. 

Voorafgaand aan de aftrap tegen Zwitserland ging het vooral over Cristiano Ronaldo. Bondscoach Fernando Santos baarde opzien door de vedette buiten zijn basiself te houden. Ramos kreeg de voorkeur boven de clubloze spits en die keuze pakte uitstekend uit in de eerste helft: Ramos opende immers met een kiezelhard schot de score. Een kwartier na de openingstreffer van Ramos was het opnieuw raak voor de Portugezen. Pepe zette zijn voorhoofd tegen een hoekschop en liet zijn landgenoten op de tribune daarmee voor de tweede keer juichen. Het was zijn achtste treffer in de nationale ploeg. Een bijzondere, want alleen Roger Milla was ouder toen hij scoorde op een WK. De Kameroense topspits van weleer was 42 toen hij trefzeker was tijdens het WK van 1994.