Real Madrid is het nieuwe seizoen begonnen met een 1-4 zege tegen Deportivo Alaves. Daardoor moeten FC Barcelona en Atlético Madrid meteen in de achtervolging. De regerend landskampioen moet op bezoek bij Celta de Vigo, terwijl Ronald Koeman en zijn mannen het opnemen tegen Real Sociedad.
Carlo Ancelotti keerde deze zomer terug in Santiago Bernabeu en gaf veel oude bekenden de kans. Zo mocht Gareth Bale weer in de basis beginnen, nadat hij afgelopen seizoen verhuurd werd aan Tottenham Hotspur. Onder de Italiaanse trainer lijkt de Welshman echter weer het vertrouwen te krijgen. Hij vormde de voorhoede met Karim Benzema en Eden Hazard. Lange tijd wist het trio geen potten te breken, maar na rust ging het snel.
De Franse spits scoorde na drie minuten in de tweede helft de openingstreffer na een goede voorzet van de Belgische buitenspeler. Een kwartier later was de marge al opgelopen na drie. Verdediger Nacho scoorde de tweede treffer, waarna Benzema zijn tweede doelman van de avond maakte. In de 65e minuut kreeg de thuisploeg nog wel een strafschop. Die werd benut door Joselu, maar dichterbij kwam de ploeg niet. Sterker nog: invaller Vinicius Junior zorgde in de blessuretijd voor de vierde goal van Real.
Het betekent dat Ancelotti met een driepunter begint aan zijn tweede termijn als eindverantwoordelijke en dat David Alaba debuteert met een positief resultaat na het laatste fluitsignaal. De Oostenrijker kwam transfervrij naar de Spaanse hoofdstad en is tot dusver de enige nieuwkomer. De Madrilenen misten Daniel Carvajal, Dani Ceballos, Toni Kroos, Marcelo, Ferland Mendy en Mariano door blessures. Het zal vertrouwen geven bij de Koninklijken dat ook zonder deze spelers een overwinning is geboekt. Voor FC Barcelona en Atletico is het duidelijk: dit weekend moet er gewonnen worden om niet meteen achter de feiten aan te lopen.