De eerste overwinning van het seizoen is binnen voor Ajax. Na drie gelijke spelen (twee keer PAOK, één keer FC Groningen) en één nederlaag (FC Twente) won de ploeg zaterdag in een vermakelijke wedstrijd met 4-2 van Vitesse. Halverwege was de stand nog 2-2, pas na rust schudde Ajax de bezoekers uit Arnhem af.

De eerste zege is dus een feit, maar toch zal trainer Martin Jol er wat kopzorgen bij hebben. Dat het piepjonge Vitesse twee keer wist te scoren in de ArenA, baart zorgen met het oog op de belangrijke Champions League-wedstrijd tegen Dinamo Kiev van komende dinsdag. Zeker omdat de Amsterdamse defensie er eerder dit seizoen tegen PAOK Saloniki (3-3), FC Groningen (2-2) en FC Twente (0-1) ook al allesbehalve waterdicht uit zag. Opmerkelijk, want de verdediging is exact hetzelfde als vorig seizoen, toen het juist zo weinig tegendoelpunten hoefde te incasseren.

Hierdoor was de stand halverwege 2-2, want namens Ajax hadden Vertonghen en Gregory van der Wiel het net gevonden. Vertonghen schoot een vrije trap binnen, Van der Wiel tikte de bal in de verre hoek na een passje van Mounir el Hamdaoui.

Ajax, met Roly Bonevacia op het middenveld, kon door deze goals in het eerste kwartier van de tweede helft de partij rustig uitspelen en krachten sparen voor het duel met Dinamo Kiev. Geen overbodige luxe, want om Kiev te kloppen zal de ploeg op zijn best moeten zijn. Beter dus dan tegen Vitesse, vooral in verdedigend opzicht.