Veel voetbalfans wagen gokje, overheid terughoudend

In Nederland heeft het live via internet op wedstrijden wedden de laatste jaren een grote vlucht genomen. Bij het van oorsprong Zweedse Unibet kan naast de uitslag ook op allerlei randzaken worden ingezet. Het online wedkantoor is bekend als shirtsponsor van Valencia en hoopt zich binnen enkele seizoenen ook aan clubs in de Eredivisie te verbinden. De Nederlandse overheid ligt vooralsnog dwars.

In 2004 introduceerde Unibet het zogeheten Live Betting, oftewel tijdens een wedstrijd de wisselende kansen voorspellen. "Naar aanleiding van een doelpunt veranderen de noteringen. Daarop kunnen de deelnemers hun weddenschap aanpassen", legt Dieter Vanlerberghe, bookmaker bij Unibet, uit. Naast een gokje wagen op de eindscore, kan ook worden ingezet op de ruststand, het aantal overtredingen, hoekschoppen, doelpunten, wissels en gele en rode kaarten. Vooral in Nederland heeft Live Betting veel terrein gewonnen, weet Vanlerberghe. "Dat komt door het snelle netwerk. In Nederland loopt 75 procent van het internetverkeer via breedband."

De Eredivisie is als meest doelpuntrijke competitie van Europa geliefd bij mensen die een gokje willen wagen. Bij een duel op het hoogste niveau in Nederland vallen gemiddeld drie doelpunten. Ter vergelijking: in de Portugese Superliga worden confrontaties doorgaans beslist met twee treffers. Unibet biedt via internet livebeelden aan van diverse sportevenementen. Na eenmalige registratie zijn maandelijks zo'n driehonderd partijen rechtstreeks te bekijken. "Daar kan geen betaalzender aan tippen", stelt Vanlerberghe. "Het komt geregeld voor dat bezoekers alleen inloggen om een wedstrijd te zien. Je hoeft niet per se een weddenschap te plaatsen."

Gemiste inkomsten

Dhaisne is, net als zijn concurrenten, in afwachting van een uitspraak van het Europese Hof over de rechtmatigheid van sportsponsoring door wedkantoren. Mocht de Nederlandse markt in de toekomst worden opengebroken, dan zal Unibet niet onmiddellijk de geldbuidel trekken. "Een club als AZ wil vijf miljoen euro van zijn shirtsponsor ontvangen", weet Dhaisne. "Dat is een fors bedrag, zeker in vergelijking met een Europese topcompetitie als de Premier League. Bij Aston Villa (de nummer zes van Engeland) sta je voor ongeveer anderhalf miljoen euro op het shirt. In Nederland krijg je daar Willem II voor."

In totaal verdienden de achttien clubs uit de Eredivisie deze voetbaljaargang een recordbedrag van 42,1 miljoen euro met shirtsponsoring. De groei, tegen de Europese trend in, komt voornamelijk op het conto van de megadeal van Ajax met Aegon. De verzekeraar betaalt de Amsterdamse club jaarlijks 10 miljoen euro om met de naam op het shirt te mogen prijken. Dhaisne: "Aan dergelijke absurde bedragen doen wij niet mee. Het is wel positief dat Nederlandse clubs inmiddels openstaan voor een eventueel sponsorcontract met een online wedkantoor. Aanvankelijk waren ze nog terughoudend."

Te gek voor woorden

Nijland verwacht dat de huidige regelgeving binnen enkele jaren zal worden aangepast. "De Nederlandse overheid kan de markt niet gesloten houden. Clubs lopen op deze manier inkomsten mis. Een uiting van Unibet zou bovendien prima staan op het shirt van FC Groningen, dat eveneens groen en wit als vaste kleurencombinatie heeft", knipoogt de algemeen directeur. "Maar ook andere online wedkantoren zijn van harte welkom bij onze club. Ik hoorde dat Bwin voor 15 miljoen euro op het shirt van Real Madrid staat. Als ze ons de helft van dat bedrag bieden, nodig ik ze onmiddellijk uit voor een kop koffie."

Overigens waagt Nijland via de website van Unibet regelmatig zelf een gokje op een wedstrijd. "Maar dat ik werkzaam ben bij een club uit de Eredivisie is bij het afsluiten van weddenschappen geen garantie voor succes", haast hij zich te zeggen. "De laatste keer had ik alles fout. Ik had onder meer ingezet op een overwinning voor Feyenoord", lacht Nijland, die de Rotterdammers in de eigen Kuip op Hemelvaartsdag hard onderuit zag gaan tegen NAC Breda (0-4).