Het is triest gesteld met de doelmannen in de Eredivisie. Dat zeggen de voomalige topkeepers Piet Schrijvers en Pim Doesburg, die zeggen dat er jong talent ontbreekt, terwijl de buitenlandse doelmannen niets toevoegen.
Volgens Schrijvers en Doesburg verzuimt de KNVB in de taak een opleidingsplan voor keepers op te zetten. Daardoor heeft maar liefst de helft van de clubs een speler uit het buitenland onder de lat staan. Die zijn vaak geen meerwaarde, vindt het tweetal.
"Een buitenlandse keeper moet een verrijking zijn", zegt Schrijvers in AD/Sportwereld. "Zoals Gomes bij PSV was. Maar kijk wat er nu gebeurt bij een club als Heerenveen. Daar zitten met Vandenbussche, Steppe en Lejsal drie buitenlanders. Laten we eerlijk zijn: geen van die drie is top. Net zo min als Isaksson dat bij PSV is. Ik heb de KNVB twintig jaar geleden al gewaarschuwd. Het is belachelijk dat vanuit Zeist al die jaren geen doelgericht plan is opgezet keepers te scouten."
"Al die buitenlanders voegen amper wat toe", vult Doesburg aan. "Niet zo gek, want echte toppers komen niet naar ons land. Je bent dus altijd aangewezen op de middelmaat. Alleen Romero is een uitzondering in de Eredivisie. De scouting en begeleiding is een ondergesneeuwd gebied. Je kunt geen keeper maken, je wordt als doelman geboren. Daarom moet je er vroeg bij zijn."
Maarten Arts, keeperstrainer van FC Utrecht, vindt dat jonge doelmannen te weinig kansen krijgen. "Veel clubs hebben koudwatervrees. Een buitenlandse keeper is niet erg, maar kijk eerst een wat je zelf in huis hebt", is zijn advies.