Real Madrid heeft zaterdagavond in vier enerverende minuten van Sporting de Gijón gewonnen. In Bernabeu nam het bezoekende Gijón in de 53ste minuut brutaal een voorsprong, maar in de daaropvolgende vier minuten stelde Real orde op zaken. Na driekwart wedstrijd bepaalde Gonzalo Higuain de eindstand vervolgens op 3-1.

Rafael van der Vaart stond in de basis bij Real. De oud-Ajacied kreeg in de beginfase van de tweede helft een uitgelezen mogelijkheid om de score te openen, maar van dichtbij kopte hij net over. Die misser leek een dure te worden voor Real toen David Barral er niet veel later 0-1 van maakte. De Gijon-speler werd op het juiste moment gelanceerd met een mooie dieptepass en schoot de bal vanuit een lastige hoek over doelman Iker Casillas in het doel: 0-1. Echter, daarna stond de Koninklijke op.

Bij de wederopstanding kreeg Real de nodige hulp van de arbitrage. Allereerst kende scheidrechter Romero makkelijk een vrije trap toe. Cristiano Ronaldo nam die vrije trap, maar zag zijn inzet gekeerd worden door keeper Juan Pablo. Van der Vaart was er als de kippen bij om de bal in de rebound in het doel te tikken, maar bij zijn actie leek de Nederlander de bal met de hand te controleren. De arbitrage verklaarde het doelpunt echter rechtsgeldig, tot grote woede van Gijón.

Slechts luttele minuten na de omstreden gelijkmaker greep Real de leiding, opnieuw uit een standaardsituatie. Cristiano Ronaldo verlengde een corner met zijn hoofd tot bij Xabi Alonso, die vervolgens bij de tweede paal in vrijstaande positie de 2-1 mocht binnenschieten. Nadat Real op 2-1 was gekomen, ging de hoofdstedelijke storm iets liggen, al dribbelde Higuain in de 68ste minuut de 3-1 eindstand op het scorebord.

Als gevolg van de winst blijven de Madrilenen lijstaanvoerder in de Primera Division. De marge met nummer twee FC Barcelona, dat zondagavond bij laagvlieger Real Zaragoza op bezoek gaat, bedraagt drie punten.