Italië is de kwalificatiereeks begonnen met een zuinige 2-0 overwinning op Finland. De Italianen van Roberto Mancini dankten de doelpunten aan Nicolo Barella en Moise Kean. Voor beiden was het hun eerste interlandgoal, en voor Kean was dat ook in zijn eerste duel voor Italië.

Na het missen van het WK in Rusland zijn de Italianen gebrand op een nieuwe deelname aan een eindtoernooi. Binnen de landsgrenzen was Finland de eerste horde en zonder uitmuntend te voetballen, kende Italië een makkelijke avond. Nicolo Barella trof al na zeven minuten doel en bezorgde de ploeg van Mancini met zijn eerste interlandgoal eigenlijk al vroeg een makkelijke avond.

In de tweede helft gaf de oerdegelijke verdediging alleen een kansje weg aan Teemu Pukki, maar de Fin kwam niet tot scoren. Een kwartier voor tijd zorgde Kean ervoor dat zijn debuut een memorabele werd, want de rappe aanvaller zorgde met een mooie treffer voor de 2-0 en de beslissing van het duel.

Bosnië en Herzegovina – Armenië: 2-1.

Bosnië en Herzegovina heeft ook de eerste horde zonder moeite genomen. Armenië bleek geen partij in Oost-Europa. De thuisploeg kwam na een half uur op voorsprong dankzij een goal van linkermiddenvelder Rade Krunic en besliste het treffen dankzij een doelpunt van Deni Milosevic. Een pingel van Henrikh Mkhitaryan in blessuretijd kwam te laat.

Liechtenstein – Griekenland: 0-2.

De WK-kwalificatie was een regelrechte ramp voor Griekenland, maar de start van de EK-cyclus stemt de Grieken niet ontevreden. Het nietige Liechtenstein was geen partij voor de EK-winnaars van 2004. Hoewel de score veel hoger had kunnen uitvallen, bleef het bij 0-2 dankzij goals van Kostas Fortounis en Anastasios Donis.